5.4 Zonder werk?

1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 3

Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Bronnen:

https://www.cv5.nl/blog/werknemers/5-tips-om-van-werkloos-naar-werknemer-te-gaan

https://www.groene.nl/artikel/een-beetje-werkloos
Waar denk jij dat we het over gaan hebben?

Slide 2 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

5.4 Zonder werk?

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoelen
Na deze les weet je:
  • Wat het betekent om werkloos te zijn
  • Wat de oorzaken van werkloosheid kunnen zijn
  • Welke soorten werkloosheid er zijn

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Waar denk jij aan bij 'werkloosheid'?

Slide 5 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Wie is werkloos?
Je bent werkloos als je:
  • Tussen de 15 en pensioenleeftijd bent
  • Je geen baan hebt
  • Actief naar een baan zoekt

Telt iedereen in deze categorie mee voor de cijfers?
Nee!

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wanneer ben je werkloos?
Niet iedereen telt volgens de cijfers mee als werkloos.

Wanneer wel?
Je voldoet aan de gestelde eisen (15 of ouder en op zoek) én je staat ingeschreven bij het UWV
          Ingeschreven? Geregistreerde werkloosheid
          Niet ingeschreven? Verborgen werkloosheid

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wie weet waar 'UWV' voor staat?

Slide 8 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

UWV
UWV staat voor Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen

Functie:
Uitvoerder WW-uitkeringen (werkloosheiduitkeringen) 
Ondersteuning bij het zoeken naar werk

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Krijgen verborgen werklozen ook een WW-uitkering?

Slide 10 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Soorten werkloosheid

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Soorten werkloosheid
Conjuncturele werkloosheid: werkloosheid door economische ontwikkelingen

Als het economisch niet goed gaat, geven mensen minder geld uit. Hierdoor wordt er minder gekocht/geconsumeerd en kunnen werknemers hun baan verliezen.

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Soorten werkloosheid
Structurele werkloosheid: werkloosheid door veranderingen in aanbodkant van de economie

Veranderingen in productie (productie verouderde producten stopt, technologische ontwikkelingen of verplaatsing productie naar andere landen) zorgen ervoor dat het aantal banen afneemt.

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Soorten werkloosheid
Naast conjuncturele of structurele werkloosheid kunnen tegelijkertijd andere soorten werkloosheid voorkomen:

Frictiewerkloosheid
Seizoenswerkloosheid
Regionale werkloosheid

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Soorten werkloosheid
Frictiewerkloosheid

Nadat je je diploma hebt gehaald of direct nadat je bent ontslagen, zit je nog even zonder werk ('in between jobs').

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Soorten werkloosheid
Seizoenswerkloosheid

Bij sommige sectoren (bijvoorbeeld het toerisme) kun je slechts een deel van het jaar werken, de rest van het jaar zit je zonder.

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Soorten werkloosheid
Regionale werkloosheid

In sommige gebieden is meer werkloosheid dan gemiddeld in het land

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vragen over de stof?

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Bas is ontslagen nadat zijn werkgever de productie heeft verplaatst naar België.
Van welke soort werkloosheid is dit een voorbeeld?
A
Conjuncturele werkloosheid
B
Structurele werkloosheid

Slide 19 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Bas vindt vervolgens een baan in de visserij. Er wordt gevist van april tot oktober. In de winter zit Bas thuis.
Hoe noem je deze werkloosheid?
A
Frictiewerkloosheid
B
Regionale werkloosheid
C
Seizoenswerkloosheid

Slide 20 - Quiz

Goede antwoord is C
Hoe nu verder
Vragen?

Maken: 
Vragen 37 t/m 49 (p. 144 - 147)
Samenvatting (p. 147)

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vragen?
Wanneer ben je volgens het UWV werkloos?

Wat is het verschil tussen conjuncturele werkloosheid en structurele werkloosheid?

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoelen
Nu weet je:
  • Wat het betekent om werkloos te zijn
  • Wat de oorzaken van werkloosheid kunnen zijn
  • Welke soorten werkloosheid er zijn

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions