Zinsvolgorde

Mevrouw de Cuba
1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
SpaansMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 15 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 80 min

Éléments de cette leçon

Mevrouw de Cuba

Slide 1 - Diapositive

5 min

La clase de hoy: De les vandaag

La meta de la clase: het doel van les
-Het kunnen lezen van een tekst in het Spaans en weten hoe je moeilijke woorden moet opzoeken. 
- het kunnen weten hoe je zinnen maakt in het Spaans. 

Actividades: Grammaticale regels!!
- Jullie oefenen met de woordenschat.
- Jullie oefenen met de zinsvolgorde
- Jullie oefenen met het werkwoord leesvaardigheid 
                                                                    

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

El programa 
5 min - Bienvenidos
10 min - zinsvolgorde
15  min- Ejercicios 
35 min - Lezen
10 min- Ejercicios 







Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Mannelijk en vrouwelijk
In het Spaans kunnen woorden mannelijk of vrouwelijk zijn.
Bijvoorbeeld:
el abuelo, la abuela
la escuela, el colegio

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Enkelvoud en meervoud
In het Spaans maak je een woord meervoud door +es of +s achter te plakken. Bijvoorbeeld:
la abuela > las abuelas
el profesor > los profesores

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Werkwoorden
Werkwoorden zijn niet mannelijk of vrouwelijk, maar kunnen wel in het enkelvoud (ik, jij, hij/zij, u of meervoud (wij, jullie, zij/u) staan. Voorbeelden:
hablar = praten comer =eten escribir = schrijven


Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Zinsvolgorde
In het Spaans is de zinsvolgorde bijna hetzelfde als in het Nederlands. Namelijk:
plaats/tijd/manier
- Onderwerp - Werkwoord - Rest van de zin -
plaats/tijd/manier

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Zinsvolgorde
Let op het volgende:
de ontkenning (no) komt altijd voor het werkwoord
Bijvoorbeeld: No vivo en Inglaterra. = Ik woon niet in Engeland.

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

¡A trabajar!
¿Qué? ejercicio 25, 26 y 27
¿Cómo? Individualmente 
¿Tiempo? 20 minutos 
¿Meta? practicar con la negación y las oraciones


timer
20:00

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vamos a leer 

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

¡A trabajar!
¿Qué?  Ejercicio 23 y 24 
¿Cómo? Individualmente 
¿Tiempo? 15 minutos 
¿Meta? practicar con la comprensión lectora 


timer
15:00

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions