Farmacotherapie hersenen en Parkinson

Het centrale zenuwstelsel + Parkinson
1 / 53
suivant
Slide 1: Diapositive
FarmacotherapieMBOStudiejaar 2

Cette leçon contient 53 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

Éléments de cette leçon

Het centrale zenuwstelsel + Parkinson

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Programma

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoelen
  • Je benoemt de belangrijkste onderdelen van de hersenen met hun functies
  • Je legt uit wat de ziekte van Parkinson is
  • Je herkent een parkinsonpatiënt aan de symptomen
  • Je benoemt de medicatie die worden gebruikt bij Parkinson

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Het centrale zenuwstelsel is:
A
de hersenen
B
de spieren
C
het ruggemerg
D
de lymfeklieren

Slide 4 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Grote hersenen
Hersenstam
Kleine hersenen
Ruggenmerg

Slide 5 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Hersenen
Hypofyse
Hypothalamus

Slide 6 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

grote hersenen
kleine hersenen
hersenstam
bewuste waarnemingen en bewegingen
bewegingen
ruggenmerg
ruggenmerg
impulsen

Slide 7 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Zintuigen zetten prikkels om in impuls
Zenuwen sturen impuls naar hersenen
Bewust van de prikkel, hersenen nemen beslissing
Hersenen sturen impuls naar zenuwen
Lichaam reageert op prikkel

Slide 8 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

02:24
Het centrale zenuwstelsel-Ruggenmerg

Ruggenmerg: verbindingsweg voor zenuwimpulsen tussen hersenen en zenuwencellen in rest van het lichaam

 

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

03:30

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

03:30
Het Ruggenmerg
  • Behoort tot het CZS en ligt buiten de schedel
  • Het ruggenmerg bestaat uit bundelingen van zenuwvezels
  • Twee functies

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

02:24
Kleine hersenen
  • Coördineren van bewegingen
  • Reflexen (knie reflex)
  • Taal
  • Aandacht 
  • Emotie

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

02:24

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

02:24
De grote hersenen
Aan de grote hersenen is duidelijk te zien dat we twee hersenhelften hebben
met elkaar verbonden met een hersenbalk

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

02:24
Wist je dat.. de hersenen zo'n 86 miljard hersencellen hebben?

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Zintuigen zetten prikkels om in berichten
Zenuwen --> berichten --> hersenen
Bewust van de prikkel, hersenen nemen beslissing
Hersenen --> berichten --> zenuwen
Lichaam reageert op prikkel

Slide 16 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Zenuwstelsel indeling: bouw
      Centrale zenuwstelsel                                                        Perifere zenuwstelsel
Indeling bouw: centraal zs en perifeer zs

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Het zenuwstelsel bestaat uit twee stelsels:
- Centrale zenuwstelsel: bestaat uit de hersenen en het ruggenmerg. 
- Perifeer zenuwstelsel: bestaat uit sensorische en motorische zenuwen:

Vanuit het centrale zenuwstelsel worden zenuwen aangestuurd om bijvoorbeeld bewegingen aan te zetten.  
Het perifere zenuwstelsel zorgt ervoor dat signalen van je zintuigen bij je hersenen terecht komen. Ook zorgt het perifere zenuwstelsel ervoor dat de signalen vanuit je hersenen terecht komen bij je spieren en organen.


Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

                  Perifere Zenuwstelsel
  • Autonoom (geen invloed op)
sympathisch: zorgt voor mogelijkheid tot inspanning bij stress
parasympatisch: zorgt voor ontspanning
  • Somatisch (wel invloed op)
aansturen van de spieren (bewegen, praten)

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Het centrale zenuwstelsel
  • De zenuwen
  • Ruggenmerg
  • De hersenen

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

8

Slide 21 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

02:24
van zintuig naar ruggenmerg

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hypothalamus en Hypofyse
Hypothalamus: De 'baas'
  • Produceert hormonen om de hypofyse aan te sturen
  • reguleert bloeddruk, hartslag, honger, dorst, onze lichaamstemperatuur en het slaap- en waakritme.
Hypofyse: De 'onderbaas'
  • Regelt lichaamsfuncties door afscheiden
      van hormonen
  • schildklierhormonen, geslachtshormonen

Slide 23 - Diapositive

De hypothalamus en de hypofyse zijn met de hypofysesteel met elkaar verbonden. De hypothalamus 'meet' of er voldoende van een bepaald hormoon in het bloed aanwezig is. 

Wanneer het lichaam meer of minder van een bepaald hormoon nodig heeft, geeft de hypothalamus de hypofyse een seintje. Dat gaat met behulp van hormonen.
Hypofyse en hypothalamus

Slide 24 - Diapositive

De hypothalamus stuurt het autonoom zenuwstelsel aan. Autonoom wil zeggen dat dit systeem werkt, zonder dat je het merkt. Het is dus een op zichzelfstaand systeem. De hypofyse is samen met de hypothalamus de belangrijkste regelaar van je hormoonhuishouding. Zij maakt niet alleen zelf hormonen aan die van alles in je lichaam in actie zetten, maar ook hormonen die ervoor zorgen dat andere klieren of organen hormonen gaan maken die weer andere acties in gang zetten
de hypothalamus meet de hoeveelheid van verschillende hormonen, zoals hormonen van de schildklier, bijnieren, zaadballen of eierstokken die in het bloed rondstromen; met die informatie stuurt hij de hypofyse aan, hij bepaalt de hoeveelheid hormonen die de hypofyse aanmaakt;
de hypofyse maakt hormonen aan en geeft ze af aan het bloed, waardoor andere klieren of organen worden aangestuurd; de hypofyse bepaalt zo hoe hard die klieren en organen werken, hoeveel hormonen zij aanmaken en de snelheid van overige reacties;
de klieren of organen maken hormonen aan, elk met een eigen werking; de hypothalamus meet de hoeveelheid daarvan, waarna hij harder of zachter gaat werken zodat er steeds eenzelfde hoeveelheid hormonen in het bloed aanwezig is, dus voldoende schildklierhormoon, groeihormoon, stresshormoon enz.

Bloedhersenbarriere

Slide 25 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

neurotransmitter in synaps

Slide 26 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Prikkeloverdracht
  • Overbrengen van prikkels (stroomstootjes) gaat dmv chemische stoffen; Neurotransmitters.
  • Neurotransmitters remmen en stimuleren de prikkeloverdracht .
  • Samenwerking van de hersenen doordat ieder gebied een eigen taak heeft.

Slide 27 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Neurotransmitters
De overdracht van elektrische prikkels van de ene zenuwbaan op de volgende gebeurt d.m.v. neurotransmitters!!
  
Deze neurotransmitters zwemmen als het ware van het einde van de ene zenuw naar het begin van de volgende. 

Een neurotransmitter is dus een stof die door het lichaam wordt gebruikt voor de signaaloverdracht tussen zenuwcellen in het zenuwstelsel

Slide 28 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 29 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat zijn neurotransmitters?
A
Zenuwcellen
B
Neurologische afwijkingen
C
Prikkels
D
Signaalstoffen

Slide 30 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke neurotransmitters
kennen jullie/hebben jullie
gehoord?

Slide 31 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke neurotransmitter komt hier vrij?

Slide 32 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Adrenaline/noradrenaline
  • Verhoogde toevoer van bloed in het lichaam
  • snelle hartslag
  • hoge bloeddruk
  • verhoogde bloedglucose

Slide 33 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Serotonine
Tekort
  • Pijn
  • Onrust
  • Paniek, angst
  • Depressie

Normaal
  • Sociaal
  • Zorgeloos

Slide 34 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Dopamine zorgt voor
A
Het soepel laten verlopen van bewegingen
B
Automatische bewegingen
C
initiatief kunnen nemen
D
alle drie de antwoorden zijn mogelijk

Slide 35 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Dopamine
Teveel 
  • Gevoelig voor psychose
Te weinig
  • Spierstijfheid
  • Traag bewegen
  • beven
  • schizofrenie

Slide 36 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 37 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Ontstaan ziekte van Parkinson
Bekijk de video en beantwoord de volgende vragen:
  • Schrijf op wat de oorzaak is voor het ontstaan van de ziekte van Parkinson?
  • Welke verschijnselen horen bij de ziekte van Parkinson?

Slide 38 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

  • Dopamine is een neurotransmitter(boodschapperstof), om de elektrische prikkel over te brengen van de ene naar de andere zenuwcel. 
  • Dopamine is belangrijk voor onder andere het bewegen en het denken

Slide 39 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 40 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Fases ziekte van Parkinson
  • Fase 1: symptomen aan een zijde v.h. lichaam
  • Fase 2: symptomen aan beide zijdes v.h. lichaam
  • Fase 3: evenwichtsfase: evenwichtsproblemen
  • Fase 4: afhankelijkeheidsfase: dagelijkse hulp nodig
  • Fase 5: invaliderende fase

Slide 41 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Behandeling ziekte van Parkinson
  • Fysiotherapie
  • geneesmiddelen
Herstellen evenwicht dopamine in de hersenen.
Levodopa met enzymremmer, MAO remmers en Dopamine agonisten

Slide 42 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Levodopa/
enzymremmer
  • Levodopa wordt in de hersenen omgezet tot dopamine
  • zorgt voor remming van de omzetting van levodopa naar dopamine (buiten de hersenen om).
Waarom kunnen we niet alleen levodopa toedienen?

Slide 43 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 44 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Levodopa/enzymremmer
  • normale afgifte/gereguleerde afgifte
  • Sinemet: levodopa/carbidopa
  • Madopar: levodopa/benserazide
  • bijwerkingen: onwillekeurige bewegingen (dosisafhankelijk), hoofdpijn, spierkrampen, verwardheid
  • bijzonderheden: uitgewerkt

Slide 45 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Dopamine agonisten
  • geneesmiddelen: pramipexol, ropinirol,rotigotine
  • werking: nabootsen dopamine
  • bijwerkingen: bewegingsstoornissen, slaperigheid

Slide 46 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 47 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Medicatiebewaking
CI ziekte van Parkinson + haloperidol
  • haloperidol (absolute CI)--> kan de ziekteverschijnselen verergeren

Slide 48 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is parkinson?

Slide 49 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat zijn de symptomen van Parkinson?

Slide 50 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Noem een geneesmiddelen groep voor de ziekte van Parkinson?

Slide 51 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke doelen hebben we vandaag bereikt?
  • Je kunt  de belangrijkste onderdelen benoemen van de hersenen met hun functies
  • Je kunt uitleggen wat Parkinson is
  • Je kunt de symptomen van Parkinson herkennen
  • Je kunt de medicatie die worden gebruikt bij Parkinson benoemen

Slide 52 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 53 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions