Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.
La durée de la leçon est: 45 min
Éléments de cette leçon
Hoe bewegen ongewervelde dieren?
Paragraaf 2.5 Dieren bewegen
Les 14
Slide 1 - Diapositive
Noem een dier dat een topganger is
Slide 2 - Carte mentale
Zoogdieren
Topgangers (hoefgangers) -Lopen op puntje van hun teenkootjes, daar omheen hebben ze hoeven
Teengangers - loopt op de teenkootjes
Zoolgangers - loopt op de gehele voet
Slide 3 - Diapositive
Leerdoelen
Je kunt uitleggen hoe ongewervelde dieren bewegen: weekdieren, geleedpotigen en wormen
Slide 4 - Diapositive
Ongewervelde dieren
Slide 5 - Carte mentale
Ongewervelde dieren
Weekdieren: Uitwendig skelet van kalk. Schelpdieren zoals slakken
Geleedpotigen: Uitwendig skelet van chitine. Voorbeelden: insecten, spinnen, krabben en kreeften.
Wormen
Slide 6 - Diapositive
Weekdieren
Uitwendig skelet: NIET van kraakbeen of been, maar van Kalk.
De slak beweegt zich voort met zijn voet (een grote sterke spier in het lichaam van de slak). Door die spier samen te trekken en te ontspannen komt de slak vooruit.
De slak glijdt over een laagje slijm dat hij zelf heeft gemaakt. Dit beschermt hem tegen harde stukjes op de ondergrond. Daarom zie je vaak een slijmerig slakkenspoor achter een slak.
Slide 7 - Diapositive
Slide 8 - Vidéo
Geleedpotigen
Zoals krabben, kreeften en insecten.
Insecten hebben een uitwendig skelet gemaakt van chitine.
Door het uitwendige skelet zitten de, gewrichten aan de buitenkant en spieren aan de binnenkant.
Slide 9 - Diapositive
Slide 10 - Diapositive
Wormen
Het lichaam van een worm bestaat uit segmenten
Deze segmenten bestaan uit 2 verschillende spieren: kringspieren en lengtespieren
De worm beweegt door deze spieren om de beurt samen te trekken.
De haartjes zijn voor grip.
Slide 11 - Diapositive
Slide 12 - Vidéo
Hoe kunnen insecten bewegen?
timer
1:00
A
Door spieren die aan de buitenkant van het kalkskelet vastzitten
B
Door spieren die aan de binnenkant van het kalkskelet vastzitten
C
Door spieren die aan de buitenkant van het chitineskelet vastzitten
D
Door spieren die aan de binnenkant van het chitineskelet vastzitten
Slide 13 - Quiz
De oester is een...
timer
1:00
A
Gewervelde met een inwendig kalkskelet
B
Gewervelde met een uitwendig kalkskelet
C
Weekdier met een uitwendig chitineskelet
D
Weekdier met een uitwendig kalkskelet
Slide 14 - Quiz
https:
Slide 15 - Lien
De volgende les
Samenvatting maken
+ het hele hoofdstuk doornemen en vragen opschrijven