H19 Havo Vermogensmarkt vraag 7 t/m 10 z.a.

7a
Noem de officiële naam van de Amsterdamse effectenbeurs
1 / 20
suivant
Slide 1: Question ouverte

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

7a
Noem de officiële naam van de Amsterdamse effectenbeurs

Slide 1 - Question ouverte

7b
Wie kunnen handelen op de Amsterdamse effectenbeurs?

Slide 2 - Question ouverte

7c
Geef het verschil tussen een limietorder en een marketorder

Slide 3 - Question ouverte

7d
Welk risico loopt een belegger bij een limietorder?

Slide 4 - Question ouverte

7e
Noem 3 redenen voor een bedrijf voor een beursgang

Slide 5 - Question ouverte

7f
Noem 3 redenen waarom koersen voortdurend veranderen

Slide 6 - Question ouverte

7g
Wat geeft de AEX-index weer?

Slide 7 - Question ouverte

7h
Hoe wordt de grootte bepaald van een aan de beurs genoteerde onderneming?

Slide 8 - Question ouverte

7i
Wat was eerste aandelenindex in de wereld?

Slide 9 - Question ouverte

8a
Waar moet Els voor kiezen als je let op het risico dat Els loopt?

Slide 10 - Question ouverte

19.8
Els Westland heeft een erfenis ontvangen van (na erfbelasting) € 80.000. Zij twijfelt of ze dit geld zal beleggen in aandelen Philips of uit zal lenen aan haar buurman. De koers van € 25 per aandeel Philips vindt Els wel erg hoog. Philips keert per jaar aan dividend gemiddeld € 1 per aandeel uit.
Haar buurman, Jan van de Hoog, wil dit geld graag lenen om een transportbedrijf te beginnen. Hij wil onder meer een vrachtauto aanschaffen. Zelf heeft hij € 25.000 ter beschikking. Met een bankkrediet van € 75.000, zijn eigen inbreng van  € 25.000 en het geld van Els heeft hij voldoende beginkapitaal om van start te kunnen gaan. Jan belooft Els 7 % rente per jaar. Hij zal het bedrag in 10 jaar terugbetalen in gelijke jaarlijkse termijnen). Jan moeet de vrachtwagen in onderpand geven bij de bank. 

Slide 11 - Diapositive

8b
Waar moet Els voor kiezen als je let op de tijdsduur waarvoor zij het bedrag van € 80.000 vastlegt?

Slide 12 - Question ouverte

8c
Hoeveel aandelen kan Els kopen als we geen rekening houden met de aankoopkosten?

Slide 13 - Question ouverte

8d
Waarom zal Els de koers van € 25 van een aandeel Philips erg hoog vinden?

Slide 14 - Question ouverte

8f
Waarom is de bank bereid € 75.000 in het op te richten transportbedrijf van Jan te steken?

Slide 15 - Question ouverte

9.
Tom heeft een beleggingsrekening bij ING. Hij koopt 180 aandelen Randstad voor € 50 per aandeel. De tarieven zijn: vaste kosten per aankoop: € 8 en 0,08 % met een maximum van € 150.
Wat zijn de kosten?

Slide 16 - Question ouverte

10 Obligatielening
Een bedrijf heeft voor een uitbreiding € 1.470.000 nodig.
 Zij geeft een obligatielening uit met obligaties van € 100. De uitgiftekoers is € 98 (98%).

Slide 17 - Diapositive

10a
Is op dat moment de marktrente hoger of lager dat het rente % van de obligatielening. Motiveer het antwoord!

Slide 18 - Question ouverte

10b
Bereken hoeveel obligaties de onderneming moet uitgeven

Slide 19 - Question ouverte

10c
Een daling van de marktrente is gunstig voor investeringen maar ongunstig voor bepaalde beleggingen. Leg dit uit

Slide 20 - Question ouverte