9.2 Oorzaken van criminaliteit

9.2 Oorzaken van criminaliteit
1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo k, mavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 13 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

9.2 Oorzaken van criminaliteit

Slide 1 - Diapositive

Wat gaan we doen vandaag?
1. Introductie

2. Uitleg

3. Aan de slag!

4. Afsluiting
Doelen:
  • De risicofactoren voor criminaliteit.
  • De maatschappelijke omstandigheden voor criminaliteit.
  • Politiecijfers.
  • Criminaliteit in de praktijk: Willem Holleeder

Slide 2 - Diapositive

Leg in je eigen woorden uit wat criminaliteit is.

Slide 3 - Question ouverte

Wat heb je gedaan als je door rood hebt gefietst?
A
Een misdrijf
B
Een misdaad
C
Een overtreding
D
Een aanslag

Slide 4 - Quiz

Vroeger was overspel bij wet verboden. Tegenwoordig niet meer. Wat is hier aan de hand?
A
Criminaliteit kent verschillende normen en waarden
B
Criminaliteit is 'losser' geworden.
C
Criminaliteit verschilt per land.
D
Criminaliteit is tijdsgebonden.

Slide 5 - Quiz

Wat kunnen mogelijke oorzaken zijn om op het criminele pad te komen?

Slide 6 - Question ouverte

Risicofactoren
Vaak zijn er meerdere redenen voor criminaliteit. Bij risicofactoren gaat het om omstandigheden die criminaliteit vergroten.
1. slechte opvoeding
Het aanleren van verkeerde waarden en normen thuis.
2. Groepsdruk
Fout gedrag vertonen omdat je er bij wilt horen.
3. Alcohol of drugs
Onder invloed verkeerde dingen doen zoals van drank.
4. Spijbelen of schooluitval
Vaker in aanraking komen met justitie omdat je, je bijvoorbeeld 'verveelt op straat'.
5. Biologische factoren
Psychische stoornissen waardoor je extra agressief kan worden.

Slide 7 - Diapositive

Maatschappelijke omstandigheden
Risicofactoren vallen onder persoonlijke kenmerken. Daarnaast zijn er nog maatschappelijke omstandigheden.
1. Slechte leefomstandigheden
Het leven in achterstandswijken. Weinig geld en veel criminaliteit.
2. Minder strenge normen dan vroeger.
Vroeger waren bepaalde dingen eerder 'crimineel' dan nu.
3. Minder sociale controle
Weinig mensen grijpen in als er iets gebeurd. Kleinere pakkans.

Slide 8 - Diapositive

Stelling: ''Is crimineel gedrag aangeboren of aangeleerd''?

Slide 9 - Question ouverte

Willem Holleeder
Amsterdamse crimineel (Heineken Ontvoering).

Risicofactoren/omstandigheden:
  • Jordaan (buurt)
  • Agressieve vader
  • Verkeerde vrienden (drugs)
  • Geweld
Willem Holleeder
''Eerst slaan, dan praten''. - Willem Holleeder
Het is vaak een samenloop van allerlei risicofactoren en sociale omstandigheden dat mensen op het criminele pad terecht komen. Een keer spijbelen of een biertje drinken maakt dus nog geen crimineel.

Slide 10 - Diapositive

Politiecijfers
Opvallende politiecijfers:
  • Jongens en mannen
  • Niet westerse migratie achtergrond
  • 15-25 jaar

Politiecijfers zijn gebaseerd op hetgeen de politie voorrang geeft zoals bijvoorbeeld een strenge controle op verkeersovertredingen. 

Lastig om conclusies te trekken.
De politiecijfers zijn o.a. gebaseerd op de mensen die zijn veroordeeld en vastzitten in de gevangenis.

Slide 11 - Diapositive

Aan de slag
Je gaat aan de slag met de volgende opdrachten van 9.4:
1 t/m 5 en 8 t/m 10  (169-171)

Maak een foto van het gemaakte werk en stuur het op via de Chat in Microsoft Teams

Klaar? Iets voor jezelf.

Slide 12 - Diapositive

Afsluiting
Wat hebben we vandaag geleerd:
- Risicofactoren en maatschappelijke omstandigheden
- Willem Holleeder
- Politiecijfers

Huiswerk voor volgende week:
Maken: 1 t/m 5 en 8 t/m 10 .
Lezen: 140 t/m 141

Slide 13 - Diapositive