LA 4 do 25 maart
1 / 14
La durée de la leçon est: 30 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Zijn er al vragen over de toets?
Slide 2 - Question ouverte
Slide 3 - Diapositive
Wat wil Martialis met zijn epigrammen bereiken?
Slide 4 - Question ouverte
IV Laecania
1 Thais habet nigros, niveos Laecania dentes.
2 Quae ratio est? Emptos haec habet, illa suos.
1 Thais habet nigros, niveos Laecania dentes.
2 Quae ratio est? Emptos haec habet, illa suos.
A
haec = Thaïs; illa = Thaïs
B
haec = Laecania; illa = Laecania
C
haec = Thaïs; illa = Laecania
D
haec = Laecania; illa = Thaïs
Slide 5 - Quiz
Welk stijlfiguur zie NIET in regel 1?
A
chiasme
B
asyndeton
C
anafoor
D
alliteratie
Slide 6 - Quiz
Bij welk gedicht
past dit plaatje?
past dit plaatje?
Slide 7 - Question ouverte
Waarom is de meester 'invisum pueris virginibusque'?
Slide 8 - Question ouverte
Geef aan wat het meeste lawaai en wat het minste lawaai maakt
plaats 1
plaats 2
plaats 3
de meester
de mensen in het amphitheater
de smid
Slide 9 - Question de remorquage
Wanneer begint de meester met lawaai maken?
A
als de zon opkomt
B
als de zon nog niet eens is opgekomen
C
rond het middaguur
D
tegen zonsondergang
Slide 10 - Quiz
Regel 9 gedicht XII:
hoe maakt Martialis zijn klacht 'beleefder'?
hoe maakt Martialis zijn klacht 'beleefder'?
Slide 11 - Question ouverte
Wat verwacht je dat Martialis van de meester gaat vragen? Wat vraagt hij in plaats daarvan?
Slide 12 - Question ouverte
nog vragen?
