Taal/spelling week 4 les 3 - vrijdag

Spelling + Taal
1 / 35
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsBasisschoolGroep 8

Cette leçon contient 35 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Spelling + Taal

Slide 1 - Diapositive

Prettig aan weektaak

Slide 2 - Carte mentale

Ideeën voor aanpassingen aan weektaak

Slide 3 - Carte mentale

Ik vraag hulp als dat nodig is.
Ja
Nee

Slide 4 - Sondage

Ik zou graag willen samenwerken met anderen.
Ja
Nee

Slide 5 - Sondage

Ik vind thuiswerken wel prettig.
Ja
Nee

Slide 6 - Sondage

Ik voel me regelmatig gefrustreerd.
Ja
Nee

Slide 7 - Sondage

Ik voel me vaak alleen.
Ja
Nee

Slide 8 - Sondage

Welke naam hoort niet bij het zinsontleden?
A
onderwerp
B
persoonsvorm
C
meewerkend voorwerp
D
zelfstandig werkwoord

Slide 9 - Quiz

Wat hoort bij woordbenoemen?
A
Zinsdelen
B
Onderwerp
C
Voorzetsel
D
Werkwoordelijk gezegde

Slide 10 - Quiz

Voltooid deelwoord en tegenwoordig deelwoord



Slide 11 - Diapositive

VD of PV???
1. Voltooid deelwoord is niet het enige ww. Er staat zijn/worden/hebben in de zin.
- Ik heb het brood vergeten.
2. Alleen de Persoonsvorm kan veranderen van vorm.
- Ik had het brood vergeten.

Slide 12 - Diapositive

voltooid deelwoord
Sterke WW
ge- be- ver-her-   ....... en 
Onregelmatige ww (houden zich niet aan regels)
geweest/gedaan/gekocht/gehad

Slide 13 - Diapositive

VOLTOOID DEELWOORD

Slide 14 - Diapositive

voltooid deelwoord bij zwakke werkwoorden
Het voltooid deelwoord bij zwakke werkwoorden is regelmatig.
Je schrijft:

ge  +  stam +  t : gefietst, gemaakt, gedanst
ge +  stam + d : gebeld, gehoord, gekneusd

Slide 15 - Diapositive

Even terughalen ...
 

Hoe kom je erachter of het voltooid deelwoord op -d of -t eindigt? 

Slide 16 - Diapositive

Voltooid deelwoord
Bij het voltooid deelwoord van zwakke werkwoorden gebruik je 't kofschipx.
Het hele werkwoord -en-. Zit de medeklinker in 't kofschipx dan krijg je een -t- bij het voltooid deelwoord

Slide 17 - Diapositive

voltooid deelwoord

Voltooid deelwoord zwakke werkwoorden: eindigt op -d of -t.

  • Ik heb een voldoende voor Nederlands gehaald.
  • Zij heeft het cadeau ingepakt.


-d of -t op het eind? -->

  • Maak het voltooid deelwoord langer
  • Gebruik 't kofschip X

Slide 18 - Diapositive

Tegenwoordig deelwoord

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Vidéo

Tegenwoordig deelwoord
Fluitend loopt Jan naar huis
De dames gaan lachend zitten

Geeft aan dat een handeling bezig is (tegenwoordig) en nog niet voltooid is. Een voltooid deelwoord geeft aan dat een handeling al wel voltooid is. Bij een voltooid deelwoord krijg je ook een hulpwerkwoord

Vergelijk:
Hij heeft naar haar gefloten (voltooid deelwoord)
Fluitend loopt hij haar tegemoet (tegenwoordig deelwoord)

Slide 21 - Diapositive

etend
A
tegenwoordig deelwoord
B
voltooid deelwoord

Slide 22 - Quiz

gegeten
A
tegenwoordig deelwoord
B
voltooid deelwoord

Slide 23 - Quiz

snoepend
A
tegenwoordig deelwoord
B
voltooid deelwoord

Slide 24 - Quiz

gekust
A
tegenwoordig deelwoord
B
voltooid deelwoord

Slide 25 - Quiz

zittend
A
tegenwoordig deelwoord
B
voltooid deelwoord

Slide 26 - Quiz

Kies het tegenwoordig deelwoord van: dragen
A
draag
B
dragen
C
dragend

Slide 27 - Quiz

Wat is 'glimlachend' voor werkwoordsvorm?
A
tegenwoordig deelwoord
B
voltooid deelwoord
C
bijvoeglijk naamwoord
D
infinitief

Slide 28 - Quiz

tegenwoordig
deelwoord

Slide 29 - Carte mentale

GEBIEDENDE WIJS

Slide 30 - Diapositive

Slide 31 - Diapositive

Gebiedende wijs

Slide 32 - Carte mentale

GEBIEDENDE WIJS:
............ mijn vraag snel!
A
Beantwoord
B
Beantwoort
C
Beantwoordt

Slide 33 - Quiz

gebiedende wijs
oefenen
... eens wat meer op de gitaar!
A
oefent
B
oefenen
C
oefen

Slide 34 - Quiz

gebiedende wijs
verantwoorden
..... je bij je vader!
A
verantwoordt
B
verantwoord
C
verantwoorden

Slide 35 - Quiz