Spelling ei/ij

Oefenen spelling
Woorden met EI/IJ





1 / 10
suivant
Slide 1: Diapositive
SpellingBasisschoolGroep 5

Cette leçon contient 10 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Oefenen spelling
Woorden met EI/IJ





Slide 1 - Diapositive

ei

Slide 2 - Carte mentale

ij

Slide 3 - Carte mentale

Welk woord schrijf je met de ei?
A
tr__n
B
dichtb__
C
schr__ven
D
__sje

Slide 4 - Quiz

Welk woord schrijf je met de ij?
A
alleb__
B
spr__
C
sj__k
D
b__

Slide 5 - Quiz

ij of ei?
De letters ij en ei klinken hetzelfde. Er is geen regel voor wanneer je ij of ei schrijft. In de volgende drie gevallen weet je wél altijd hoe je het woord spelt:

Slide 6 - Diapositive

ij of ei?
De letters ij en ei klinken hetzelfde. Er is geen regel voor wanneer je ij of ei schrijft. In de volgende drie gevallen weet je wél altijd hoe je het woord spelt:
  • bij woorden op -heid schrijf je altijd ei;
  • bij woorden op -teit schrijf je altijd ei;
  • bij woorden op -lijk schrijf je altijd ij.

Slide 7 - Diapositive

ei
ij
ij
ei

Slide 8 - Question de remorquage

ij
ei
l__ding
kapit__n
pr__zen
bedr__f
lekkern__en

Slide 9 - Question de remorquage

EI
IJ
aansteller.....
d...k
hoeveelh.....d
aardb....en
blijadz....de
......ndelijk
elektricit......t
f....t
dr....ven

Slide 10 - Question de remorquage