Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.
La durée de la leçon est: 40 min
Éléments de cette leçon
5.9 Media en onderzoek
Slide 1 - Diapositive
Leerdoelen
- Je leert wat het verschil is tussen chattaal en schrijftaal.
- Je leert hoe en wanneer je chattaal gebruikt.
- Je leert wat beeldtaal is.
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Vidéo
Schrijftaal en chattaal
Je krijgt 2 post-its. De ene is voor schrijftaal en de ander voor chattaal. Je schrijft op beide post-its 3 woorden of zinnen waar jij aan denkt bij schrijftaal en bij chattaal.
Slide 4 - Diapositive
Slide 5 - Diapositive
Voorbeelden van schrijftaal
Slide 6 - Diapositive
Slide 7 - Diapositive
Slide 8 - Diapositive
Slide 9 - Diapositive
Voorbeelden van chattaal
Slide 10 - Diapositive
Slide 11 - Diapositive
Slide 12 - Diapositive
Slide 13 - Diapositive
Wat zijn kenmerken van schrijftaal?
Slide 14 - Question ouverte
Wat zijn kenmerken van chattaal?
Slide 15 - Question ouverte
Zou het beter zijn om schrijftaal of chattaal te gebruiken bij het schrijven van een zakelijke brief/ e-mail?
A
schrijftaal
B
chattaal
Slide 16 - Quiz
Zoek de fout
Hoe zou je deze mail kunnen veranderen, zodat het schrijftaal wordt volgens het Standaardnederlands?
Slide 17 - Diapositive
Kun je voorbeelden van chattaal bedenken die jij zelf gebruikt?
Slide 18 - Carte mentale
Beeldtaal
Slide 19 - Diapositive
Slide 20 - Diapositive
www.mediawijsheid.nl
Slide 21 - Lien
Wat is de functie van beeldtaal?
Slide 22 - Carte mentale
Wat zou je aanbevelen: boodschap met woorden of een boodschap zonder woorden (beeldtaal)?