H2 online formeel en informeel

Nederlands 13-4
Wat gaan we doen deze les?
  1. Opstarten + controle aanwezigheid
  2. Herhalen theorie 'verschil tussen formeel en informeel' 
  3. Opdracht
1 / 16
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 3

Cette leçon contient 16 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Nederlands 13-4
Wat gaan we doen deze les?
  1. Opstarten + controle aanwezigheid
  2. Herhalen theorie 'verschil tussen formeel en informeel' 
  3. Opdracht

Slide 1 - Diapositive

Doel van deze les
Aan het einde van deze les:
  1. Weet je wat het verschil is tussen formeel en informeel taalgebruik. 
  2. Weet je hoe je een zakelijke e-mail schrijft. 

Slide 2 - Diapositive

Formeel

Voldoet aan regels
Zakelijk
Deftig
Zoals het hoort 
Vooral buitenshuis
Zakelijke situaties
Informeel

Persoonlijk
Losser
Niet-zakelijke situaties
Niet-officiële situaties
Met vertrouwde mensen

Slide 3 - Diapositive

FORMELE tekst 
  • Woorden volledig uitschrijven (geen afkortingen) 
  • Niet vloeken, geen straattaal of modewoorden
  • Spelling, grammatica en interpunctie kloppen (moet correct)

In een brief of e-mail:
  • u-vorm
  • formele aanhef (beste, geachte etc.) en afsluiting (met vriendelijke groet)
  • Wees beleefd, niet te direct of kortaf
  • Geef wel alle informatie die nodig is (wees volledig) 

Slide 4 - Diapositive

formeel of informeel?
Hallo mevrouw Willemse, Mijn opa is jarig. Mag ik vrij? Groetjes Lana
A
Formeel
B
Informeel

Slide 5 - Quiz

formeel of informeel?

Geachte mevrouw Willemse, Onze klas is erg benieuwd naar de cijfers. Zou het u lukken de proefwerken zo snel mogelijk na te kijken? Met vriendelijke groet, Yunus
A
Formeel
B
Informeel

Slide 6 - Quiz

Welke fout zit hier in?

Geachte mevrouw Willemse, Onze klas is erg benieuwd naar de cijfers. Zou het u lukken de proefwerken z.s.m. na te kijken? Met vriendelijke groet, Yunus
A
Een mail moet met 'ik' beginnen
B
Yunus moet zijn achternaam noemen
C
z.s.m. moet uitgeschreven worden (zo snel mogelijk)
D
Je mag een docent niet mailen

Slide 7 - Quiz

Maak hier een formele zin van:
Ik vind het echt mega debiel dat ik de les werd uitgegooid. Ik deed wel mee!

Slide 8 - Question ouverte

Fouten die vaak gemaakt worden in formele situaties 
  1. Niet kunnen kiezen: formeel en informeel door elkaar
  2. Heel ouderwetse woorden gebruiken (ouderwets is niet hetzelfde als formeel, al waren mensen vroeger wel formeler) 
  3. Hypercorrectie: ten onrechte iets corrigeren (proberen heel netjes formeel te schrijven, maar daardoor juist fouten maken)

Slide 9 - Diapositive

Welke fout wordt gemaakt?

He ouwe, ff doorlopen! (tegen iemand die je niet kent bij de kassa)
A
te formeel
B
te informeel
C
hypercorrectie
D
ouderwets

Slide 10 - Quiz

Welke fout wordt gemaakt?

Geachte bol.com, kunt u misschien toelichten waarom u zulke shitzooi verkoopt?
A
formeel en informeel door elkaar heen
B
te informeel
C
hypercorrectie
D
ouderwets

Slide 11 - Quiz

Welke fout wordt gemaakt?

De voorzitter sprak: "ik wil graag een extra pauze ingelasten in deze vergadering"
A
formeel en informeel door elkaar heen
B
te informeel
C
hypercorrectie: het is inlassen
D
ouderwets: je zegt tegenwoordig meeting

Slide 12 - Quiz

Slide 13 - Diapositive

Opdracht
Je wil het proefwerk Leesvaardigheid herkansen. Via twee mails ga je vragen of dit mogelijk is. 

Opdracht:
  1. Schrijf naar mij een informele e-mail met de vraag of je het proefwerk mag herkansen. 
  2. Verander vervolgens je e-mail naar een formele mail. Dus verbeter je zinnen, waardoor je mail beleefder wordt. 

Slide 14 - Diapositive

Voorbeeld informeel:

Hey mevrouw,
gisteren ben ik niet aanwezig geweest bij de les dus ik heb echt geen idee wat ik moet maken. dus kan jij dit ff uitleggen?
Byeeeee 
Voorbeeld formeel:

Geachte mevrouw Van Zuilekom,

Met spijt moet ik bekennen dat ik gisteren niet in de les aanwezig was. Hierdoor heb ik belangrijke lesstof gemist en weet ik niet wat ik moet maken voor de volgende les. Zou u mij dit kunnen uitleggen?

Met vriendelijke groet,

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive