ww -ir passé composé

herhaling- boek A (V3)
het regelmatige werkwoord op -ir
au passé composé
chapitre 2 boek A (page 82-83)
1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 13 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

herhaling- boek A (V3)
het regelmatige werkwoord op -ir
au passé composé
chapitre 2 boek A (page 82-83)

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Vidéo

finir -> j'ai fini
réussir -> __________

Slide 3 - Question ouverte

plaats werkwoorden in de zin
in het Frans staan werkwoorden altijd zoveel mogelijk bij elkaar in een zin, dus ook bij de passé composé.
In het Nederlands is dit juist vaak niet het geval!

j'ai rempli mon formulaire - ik heb mijn formulier ingevuld
bij elkaar
niet bij elkaar

Slide 4 - Diapositive

welke zin klopt niet
A
j'ai fini l'exercice
B
vous avez rougi
C
nous avons fini le cours
D
ils ont la classe fini

Slide 5 - Quiz

Nicole + rougir -> passé composé =
A
ai rougi
B
avons rougi
C
a rougi
D
ont rougi

Slide 6 - Quiz

zet de zin in de goede volgorde:

choisir - ma soeur - beaucoup de cadeaux - a

Slide 7 - Question ouverte

nous + grandir -> passé composé =
A
grandissons
B
avons grandi
C
avons
D
avons grandissons

Slide 8 - Quiz

zet de zin in de goede volgorde:

ai - à - anniversaire - réfléchi - j' - ton

Slide 9 - Question ouverte

vous + remplir -> passé composé =
A
remplissez
B
avons rempli
C
remplissons
D
avez rempli

Slide 10 - Quiz

wat is niet waar
over
de passé composé
A
het bestaat uit 2 delen
B
om te vertellen wat je gaat doen
C
bestaat uit avoir + voltooid deelwoord
D
-ir ❌ -> i✅

Slide 11 - Quiz

écris 3 phrases au passé composé avec des verbes en -ir

Slide 12 - Question ouverte

meer oefenen met werkwoorden?
VERBUGA is een handige site om werkwoorden te oefenen

http://www.verbuga.eu/Mise/Mise.html

Slide 13 - Diapositive