Cette leçon contient 24 diapositives, avec diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 50 min
Éléments de cette leçon
Bronnen van inkomen
Loon of salaris
wat nog meer?
Slide 1 - Diapositive
Maar ook..
extra beloningen, zoals vakantiegeld
toeslagen voor onregelmatige diensten en bijzondere prestaties
loon in natura??
winst uit arbeid
Slide 2 - Diapositive
Inkomensverschillen, waardoor?
Slide 3 - Diapositive
Inkomensverschillen door
- door de functie, hogere functie beter salaris
- aantal jaren werkervaring
- aantal werkuren per week
- bijzondere kwaliteiten
Slide 4 - Diapositive
Inkomen uit bezit; huur, rente, winst, pacht, divident
Slide 5 - Diapositive
Inkomsten uit bezit verschillen door:
- de waarde van de bezittingen
- de hoogte van het rentepercentage
- de hoogte van de winstuitkering
Slide 6 - Diapositive
Aandeel
Stukje eigendom van een bedrijf (mede- eigenaar)
Koers aandeel kan stijgen (maar ook dalen)
Als bedrijf winst maakt, kun je dividend krijgen.
Koersstijging + dividend = rendement
Slide 7 - Diapositive
Inkomen per hoofd van de bevolking
Inkomen per hoofd van de bevolking = nationaal inkomen : aantal inwoners
In Nederland is het nationaal inkomen €673 miljard
Aantal inwoners 17.020.000
€673.000.000.000 : 17.020.000 = € 39.541,7156287
Dus het inkomen per hoofd is € 39.541,72
Slide 8 - Diapositive
Soorten inkomen
Personele inkomensverschillen
Het nationaal inkomen is oneerlijk verdeeld omdat niet iedereen evenveel verdient.
In rijke landen zijn de verschillen tussen hoge en lage lonen kleiner.
Het meest voorkomende inkomen noemen we het modaal inkomen.
Om het verschil tussen arm en rijk kleiner te maken, is er een derde vorm van inkomen:
overdrachtsinkomens
Slide 9 - Diapositive
Personele inkomensverdeling
De verdeling van het totale inkomen in een land over de inwoners, heet de personele inkomensverdeling.
Slide 10 - Diapositive
personele inkomensverdeling
Slide 11 - Diapositive
Lorenzcurve
Grafiek die de inkomensverdeling weergeeft
Met een Lorenzcurve kun je de verdeling van het inkomen van een land in beeld brengen. De Lorenzcurve geeft aan hoe groot het verschil tussen arm en rijk is.
Slide 12 - Diapositive
Lorenzcurve
Slide 13 - Diapositive
Inkomens zonder tegenprestatie
Voorbeelden van overdrachtsinkomen:
- kinderbijslag
- huurtoeslag
- zorgtoeslag
- alimentatie
- bijstand
Slide 14 - Diapositive
Aanvullende inkomsten
Studiefinanciering
Huurtoeslag
Kinderbijslag
Zorgtoeslag
Bijstand
Welke ken je?
Slide 15 - Diapositive
Studiefinanciering
Voor scholieren en studenten vanaf 18 jaar. MBO-ers krijgen een basisbeurs.
Als ouders te weinig verdienen is er een aanvullende beurs
Lening
Slide 16 - Diapositive
Huurtoeslag
Wanneer je weinig inkomen hebt, kun je via de belastingdienst huurtoeslag aanvragen.
Slide 17 - Diapositive
Huurtoeslag is afhankelijk van de huur en het inkomen
Slide 18 - Diapositive
Kinderbijslag
De overheid geeft de ouders/ verzorgers van kinderen kinderbijslag. Dit is een tegemoetkoming (bijdrage) in deze kosten.
Kinderbijslag is inkomen zonder tegenprestatie en wordt per kwartaal uitbetaald
Hoogte afhankelijk van leeftijd en aantal kinderen.
Slide 19 - Diapositive
https:
Slide 20 - Lien
Hoeveel kinderbijslag krijg ik?
Kinderen in de leeftijd 7, 11 en 15 jaar.
Slide 21 - Diapositive
Zorgtoeslag
Zorgverzekering is verplicht voor iedereen in Nederland.
Dit is een bijdrage in de kosten voor de zorgverzekering. Of u zorgtoeslag krijgt en hoe hoog de toeslag is, hangt af van uw inkomen.
Slide 22 - Diapositive
Sociaal minimum
In de sociale wetten staat hoe hoog een uitkering is;
Werklozen zonder ww uitkering > bijstand;
Sociaal minimum: bedrag waarvan je net kunt rondkomen.