Winkelmedewerker 3

• Detailhandel
• Praktijkonderwijs
• Leerjaar 1-3

Detailhandel

Tweede blok

De winkelmedewerker

Welkom

Wie zijn er?

Hoe is het?

Inpakken cadeaus

Vorige keer

Weten wat functies zijn

Weten dat er verschillende functies zijn en deze opsommen

Weten wat taken en verantwoordelijkheden zijn

Weten welke verschillende taken er in een winkel zijn

Spiegelen & kleding vouwen

Kassa & wisselgeld

Noem drie medewerkersfuncties binnen een winkel

Een onderscheid in functies wordt door het boek gemaakt tussen?

1. Betaalde en overbetaalde functies
2. Taakgerichte functies
3. Leidinggevende en niet leidinggevende functies
4. Verantwoordelijkheids- gerichte functies

Een taak is?

1. Hetzelfde als een verantwoordelijkheid
2. Iets dat je moet doen
3. Iets dat je niet moet doen
4. Een beslissing nemen

Een verantwoordelijkheid is?

1. Hetzelfde als een taak
2. Iets dat je moet doen
3. Ervoor zorgen dat een taak goed wordt uitgevoerd
4. Een opdracht die je moet uitvoeren

In een winkel heeft iedere medewerker (bedrijfsleider tot vakkenvuller) als taak

1. Kassa opmaken
2. Prijzen wijzigen
3. Klachten oplossen
4. Klanten helpen

Een leidinggevende heeft in de winkel meer verantwoordelijkheden dan een niet leidinggevende

1. Juist
2. Onjuist

Noem 3 taken die in een winkel plaatsvinden

Een verantwoordelijkheid van een vakkenvuller is

1. Zorgen dat het juiste geld in de kassa zit
2. Zorgen dat klachten worden afgehandeld
3. Zorgen dat artikelen goed zijn aangevuld
4. Zorgen dat de juiste prijzen worden gehanteerd

Bij spiegelen is het niet belangrijk om

1. De producten op de juiste plaats staan
2. Er zoveel mogelijk producten in de winkel staan
3. De etiketten goed zichtbaar zijn
4. Producten netjes te presenteren

Vandaag

Inpakken

Werkzaamheden van een winkelmedewerker

Kassa opdrachten

Reken opdrachten

Inpakken

Video's

Werkzaamheden

Werkzaamheden van een winkelmedewerker

Leerdoel

Weten dat er in een winkel verschillende functies zijn en dat deze gekoppeld zijn aan taken en verantwoordelijkheden

Weten dat taken bestaan uit verschillende werkzaamheden en hier een voorbeeld van kunnen geven

Weten welke dagelijkse, wekelijkse en periodieke werkzaamheden er in een winkel zijn

Weten wat een werkrooster is en waarvoor het wordt gebruikt

Lezen paragraaf 2C op blz. 47

Maken opdracht 1 & 2 op blz. 48

Werkzaamheden winkelmedewerker

Lezen blz. 48 -49

Maken opdracht 3, 4, 5 & 6 op blz. 50

Wat en wanneer?

Opdracht

Kassabon produceren

In groepjes van 2

De ene kiest 6 producten uit de winkel en rekent af.

Pak een portemonnee om af te rekenen

Geef wisselgeld terug

Zet de producten terug en wissel de rollen om. 

Wat is het?

Waarom is het belangrijk?

Wie maakt het rooster?

Werkrooster

Lezen blz. 50 & 51

Maken opdracht 7 op blz. 51

Werkrooster

Spiegelen

Iedereen neemt een rij om te spiegelen

Als we klaar zijn controleren we elkaar gezamenlijk

Wat ging goed?

Wat kan beter?

Geld rekenen

Opdracht 1, 2, 3 & 4 uit het werkboek

Afronden vanaf werkblad

Werkzaamheden van een winkelmedewerker

Wat hebben we gedaan en geleerd

Weten dat er in een winkel verschillende functies zijn en dat deze gekoppeld zijn aan taken en verantwoordelijkheden

Weten dat taken bestaan uit verschillende werkzaamheden en hier een voorbeeld van kunnen geven

Weten welke dagelijkse, wekelijkse en periodieke werkzaamheden er in een winkel zijn

Weten wat een werkrooster is en waarvoor het wordt gebruikt

Taken 

Dit zijn taken die ook in de winkel voorkomen

Werkzaamheden van de winkelmedewerker