L'adjectif qualificatif / het bijvoeglijk naamwoord (vorm en plaats)

Het bijvoeglijk naamwoord
Doel: 
je kunt het bijvoeglijk naamwoord (l'adjectif) actief gebruiken in het Frans
Je weet de wat de plaats is van het bijv nw en je kent de vormen
1 / 25
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2,3

Cette leçon contient 25 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon

Het bijvoeglijk naamwoord
Doel: 
je kunt het bijvoeglijk naamwoord (l'adjectif) actief gebruiken in het Frans
Je weet de wat de plaats is van het bijv nw en je kent de vormen

Slide 1 - Diapositive

Het bijvoeglijk naamwoord zegt iets over een...
A
werkwoord
B
zelfstandig naamwoord
C
bijwoord
D
voorzetsel

Slide 2 - Quiz

Welke van onderstaande woorden zijn bijvoeglijk naamwoorden? (Meerdere antwoorden mogelijk)
A
lief
B
auto
C
spelen
D
Duitse

Slide 3 - Quiz

Vorm van het bijvoeglijk naamwoord
1. Vorm van het bijvoeglijk naamwoord

Slide 4 - Diapositive

Het bijvoeglijk naamwoord
Vormt zich naar het zelfstandig naamwoord. 
De standaard regel: 

Mannelijk enkelvoud:                                     grand
Vrouwelijk enkelvoud:    + e                               grande
Mannelijk meervoud:      + s                               grands
Vrouwelijk meervoud:  + es                             grandes

Slide 5 - Diapositive

Vul de juiste vorm in:
la _________________ maison
A
petit
B
petite
C
petits
D
petites

Slide 6 - Quiz

Vul de juiste vorm in:
les amis _____________________
A
américain
B
américaine
C
américains
D
américaines

Slide 7 - Quiz

Vul de juiste vorm in:
une personne __________________
A
élégant
B
élégante
C
élégants
D
élégantes

Slide 8 - Quiz

Vul de juiste vorm in:
la mer ___________________ (bleu)

Slide 9 - Question ouverte

Vul de juiste vorm in:
les filles _______________ (charmant)

Slide 10 - Question ouverte

Bijzondere vormen

Slide 11 - Diapositive

Vul de juiste vorm in:
Laura est _________________ (beau)

Slide 12 - Question ouverte

Vul de juiste vorm in:
La _____________(vieux) dame.

Slide 13 - Question ouverte

Vul de juiste vorm in:
Les _________________ (bon)mères.

Slide 14 - Question ouverte

Nog een aantal bijzondere vormen:

Slide 15 - Diapositive

Un garçon sportif et une fille ...
A
Sportif
B
Sportifs
C
sportive
D
sportives

Slide 16 - Quiz

Madame de Wit est ...
A
italien
B
italienne
C
italiens
D
italiene

Slide 17 - Quiz

Marie est une fille heureuse et Marc est un garçon ...
A
heureuse
B
heureux
C
heureus
D
heureuses

Slide 18 - Quiz

Vorm van het bijvoeglijk naamwoord
2. Plaats van het bijvoeglijk naamwoord

Slide 19 - Diapositive

Plaats van het bijvoeglijk naamwoord
Het bijvoeglijk naamwoord komt ACHTER het zelfstandig naamwoord. 
 Voilà une voiture verte.                                   J'ai un chien intelligent.

De onderstaande bijvoeglijke naamwoorden staan echter  VOOR het zelfstandig naamwoord. Deze leer je uit het hoofd:

Grand  -  Petit     J'habite dans une GRANDE maison.  
Jeune  -  Joli         Nous avons une JEUNE professeuse.
Bon  -  Beau        C'est un BEAU film.
Vieux  -  Nouveau    Il y a une NOUVELLE élève dans

Slide 20 - Diapositive

(blanc/blanche) une.... page......

Slide 21 - Question ouverte

(nieuw)
un..... jean......

Slide 22 - Question ouverte

(mooi) une....actrice.......

Slide 23 - Question ouverte

(rood) une ... rose ...

Slide 24 - Question ouverte

LA FIN

Slide 25 - Diapositive