Verdienen en uitgeven H1 1.1 t/m 1.3

• Economie
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 5

Verdienen & Uitgeven

Hoofdstuk 1

Hoe kan je inkomn verdienen?

Productiefactoren

1.1 Toegevoegde waarde

Verschil omzet en inkoopkosten. 

De toegevoegde waarde:

1. Is de waarde van het verkochte product
2. Is de waarde die je af moet trekken van je verkoopprijs
3. Is de verkoopprijs van het product min de ingekochte goederen en diensten

Bruto binnenlands product

De toegevoegde waarde van alle bedrijven in een land (=macroniveau)

1 bedrijf = microniveau. 

Wat is een bedrijfskolom?

De toegevoegde waarde

Productiewaarde

Omzet - kosten van de ingekochte goederen en diensten. 

Let op is niet hetzelfde als winst!! 

Winst = omzet - alle kosten)

Als we willen berekenen wat de toegevoegde waarde is bij de overheid, tegen welk probleem lopen we dan aan?

Toegevoegde waarde van een land

Toegevoegde waarde overheid:

Het bedrag dat niet-commerciële instellingen betalen aan loon. 

Productie van een heel land --> Bruto binnenlands inkomen (bbp)

• Toegevoegde waarde bij elkaar
    of
• Alle inkomens bij elkaar

Welke inkomens moet je voor het bbp bij elkaar optellen?

Primaire inkomen en overdrachtsinkomen

Primaire inkomen

• Inkomens die verdiend worden door bij e dragen aan de productie. 

Overdrachtsinkomen

• Inkomen dat je ontvangt zonder een prestatie te leveren. 
• Bijvoorbeeld een uitkering

Leg uit dat zakgeld een voorbeeld kan zijn van een primaire inkomen en een overdrachtsinkomen.

Inkomen uit arbeid en inkomen uit bezit

Inkomen uit arbeid

• Loon

Inkomen uit bezit

• Winst

Hoe zit dat nu met de zelfstandigen? --> Toegerekend loon zelfstandigen.