Hoe schrijf je een overtuigend betoog?

Hoe schrijf je een overtuigend betoog?

Leerdoelen

Aan het einde van de les kun je: - de structuur van een betoog uitleggen - argumenten formuleren - een overtuigend betoog schrijven

Wat weet je al over het schrijven van een betoog?

Wat is een betoog?

Een betoog is een tekst waarin je een standpunt inneemt en anderen probeert te overtuigen van jouw mening.

Structuur van een betoog

1. Inleiding: introduceer het onderwerp en je standpunt. 2. Argumenten: geef duidelijke en onderbouwde argumenten. 3. Tegenargumenten en weerlegging: weerleg mogelijke tegenargumenten. 4. Conclusie: vat je standpunt samen en geef een sterke afsluiting.

Argumenten formuleren

Gebruik feiten, statistieken en voorbeelden om je argumenten te onderbouwen. Zorg voor een logische opbouw en maak gebruik van sterke taal.

Tegenargumenten en weerlegging

Denk na over mogelijke tegenargumenten en weerleg deze met logische redeneringen en feiten. Laat zien dat je de andere kant begrijpt, maar dat jouw standpunt sterker is.

Schrijf een overtuigend betoog

Gebruik de geleerde structuur, argumenten en weerlegging om een overtuigend betoog te schrijven. Zorg voor een sterke inleiding en conclusie.

Oefenen met argumenten

Analyseer een tekst en identificeer de argumenten die worden gebruikt. Beoordeel de sterkte van de argumenten en bedenk mogelijke tegenargumenten.

Peer-feedback

Laat de studenten elkaars betogen lezen en feedback geven. Let op de structuur, argumenten en overtuigingskracht.

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.