Les 2: Primaire sector
1 / 23
La durée de la leçon est: 50 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
geen werkboekjes nodig
Slide 2 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 3 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 4 - Vidéo
Cet élément n'a pas d'instructions
Primaire
sector
Secundaire
sector
Tertiaire
sector
Quartaire
sector
Slide 5 - Question de remorquage
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 6 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
deelsectoren van de primaire sector
Slide 7 - Carte mentale
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 8 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 9 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 10 - Diapositive
per groepje naar voor komen en bespreken.
Slide 11 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 12 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 13 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 14 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 15 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 16 - Diapositive
werkschriften nemen en invullen (bingel)
Slide 17 - Vidéo
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 18 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
Wat is een gewas?
A
Een gewas dat dient voor het voedsel van de mens.
B
een plantensoort
C
Een gewas dat wordt verwerkt tot een ander niet-eetbaar product.
D
Een gewas dat dient voor het voedsel van dieren.
Slide 19 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
Wat is een nijverheidsgewas?
A
Een gewas dat dient voor het voedsel van de mens.
B
een plantensoort
C
Een gewas dat wordt verwerkt tot een ander niet-eetbaar product.
D
Een gewas dat dient voor het voedsel van dieren.
Slide 20 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
Wat is een voedingsgewas?
A
Een gewas dat dient voor het voedsel van de mens.
B
een plantensoort
C
Een gewas dat wordt verwerkt tot een ander niet-eetbaar product.
D
Een gewas dat dient voor het voedsel van dieren.
Slide 21 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
Wat is een voedergewas?
A
Een gewas dat dient voor het voedsel van de mens.
B
een plantensoort
C
Een gewas dat wordt verwerkt tot een ander niet-eetbaar product.
D
Een gewas dat dient voor het voedsel van dieren.
Slide 22 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
Wat zijn delfstoffen?
A
vaste stoffen
B
vloeibare stoffen
C
gasvormige stoffen
D
worden uit de bodem onttrokken om te gebruiken als grondstof of brandstof
Slide 23 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
