Lesweek 3 Basiscursus Schrijven 1.3 Controleren & verbeteren + Taalverzorging 2.2 Verleden tijd

1 / 46
suivant
Slide 1: Diapositive

Cette leçon contient 46 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Lesdoelen
Herhalen :
Werkwoordspelling tegenwoordige tijd (3 zinnen) + samenvatting van de theorie
Een schrijfplan

Nieuwe lesstof:
Werkwoordspelling verleden tijd: 
  • Klassikaal oefenen (5 zinnen), zodat de regels duidelijk zijn.
  • Zelfstandig aan de slag: Taalverzorging 2.2 Persoonsvorm in de verleden tijd

Nieuwe theorie:
Basiscursus Schrijven 1.3 Controleren en verbeteren






Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Herhalen - de beste manier van leren

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hij ..... ons dichterbij te komen. (beduiden, tegenwoordige tijd)
A
beduid
B
beduidt
C
beduit

Slide 5 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Elke keer ..... zij weer haar eigen record. (verbeteren, tegenwoordige tijd)

Slide 6 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Je ....... me daar niets nieuws mee. (vertellen, tegenwoordige tijd)
A
vertelt
B
verteld

Slide 7 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat weet je nog over:
OPBOUW VAN EEN TEKST?

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

De vis
Kop
Romp
Staart
De indeling van het verslag.

Slide 10 - Diapositive

De vis: de titel in de bovenste vin. Verdeling in kop, lijf en staart.
Samen oefenen
met het invullen van een schrijfplan

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Kijk naar dit woordveld
Een woordveld helpt je aan ideeen

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat schrijf je boven je tekst?
A
De inhoud van het verslag
B
De titel
C
Waar het verslag over gaat

Slide 13 - Quiz

Wat is het beste antwoord?
Recycling
Overhalen/activeren
Recycling, voor een beter milieu
Inwoners van Rotterdam
Kijk naar dit schrijfplan
Wat ga je vertellen in de inleiding?

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat schrijf je in de inleiding?
A
De inhoud van het verslag
B
De titel
C
Waar het verslag over gaat

Slide 15 - Quiz

Wat is het beste antwoord?
Recycling
Overhalen/activeren
Recycling, voor een beter milieu
Inwoners van Rotterdam
Bijvoorbeeld
Bewoners activeren om hun afval te laten recyclen
Minder afval = minder gebruik van plastic, glas en andere materialen. Beter: opnieuw gebruiken
Rotterdammers             afval naar het milieupark

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat schrijf je in de kern (middenstuk)?
A
De inhoud van je verslag
B
Een herhaling van de inleiding
C
Wat de lezer kan verwachten

Slide 17 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Op welke vragen geven alinea's in het middenstuk antwoord?

Slide 18 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Bekijk het woordveld
RECYLING
Deelonderwerp 1 is recyclebare stoffen. 

Welke vier woorden uit het woordveld horen bij dit deelonderwerp?
Antwoorden
glas, ijzer, papier, plastic
Een woordveld helpt je aan ideeen

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Recyclebare stoffen
Recycling
Overhalen/activeren
Recycling, voor een beter milieu
Inwoners van Rotterdam
glas, ijzer, papier, plastic

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Bekijk het woordveld 
RECYLING
Deelonderwerp 2 is afval. 

Welke drie woorden uit het woordveld horen bij dit deelonderwerp?
Antwoorden
glasbak, kringloop, oude apparaten
Een woordveld helpt je aan ideeen

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Recyclebare 
stoffen
glas, ijzer, papier, plastic
Afval

glasbak, kringloop, oude apparaten

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Bekijk het woordveld
RECYLING
Deelonderwerp 3 is broeikaseffect verminderen. 

Wat zou je kunnen beschrijven in deze alinea?

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Recyclebare 
stoffen
glas, ijzer, papier, plastic
Afval

glasbak, kringloop, oude apparaten
broeikaseffect verminderen
...........
...........
...........
Schrijf de woorden die zijn genoemd erbij.

Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat schrijf je in het slot?
A
Nieuwe informatie geven
B
Korte samenvatting
C
Vertellen wat de lezer kan verwachten

Slide 25 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

In een slot kom je ALTIJD terug op de inleiding

Slide 26 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

In een slot kom je ALTIJD terug op de inleiding
Wat zo dan een mooi slot kunnen zijn?

Slide 27 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Recyclebare 
stoffen
glas, ijzer, papier, plastic
Afval

glasbak, kringloop, oude apparaten
broeikaseffect verminderen
...........
...........
...........
Samenvatting + oproep
Kleine moeite.  Belangrijk! Afval scheiden. Milieupark

Slide 28 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 29 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Ik weet nu hoe ik een lange tekst
moet schrijven
😒🙁😐🙂😃

Slide 30 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions

Samenvatting van de theorie

Slide 31 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 32 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 33 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 34 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Nieuwe lesstof
Werkwoordspelling: Verleden tijd

We oefenen klassikaal (5 zinnen), zodat de regels duidelijk worden.

Slide 35 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Het weer ..... met de dag. (veranderen)

Slide 36 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

De leerlingen ....... de vloer in de kantine. (schrobben)

Slide 37 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

De studenten .... over een moeilijke examenopgave. (peinzen)
A
peinzden
B
peinsden
C
peinzten
D
peinsten

Slide 38 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Mijn ouders ..... mij bijna nooit. (straffen)
A
straften
B
strafden

Slide 39 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Op straat ..... hij mij vriendelijk goedendag. (knikken)
A
knikde
B
knikte

Slide 40 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Nieuwe theorie
Basiscursus Schrijven 
1.3 Controleren en verbeteren

Slide 41 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 42 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 43 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Dit staat in Teams en ligt in mijn kast.
Gebruik het!

Slide 44 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 45 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Taalverzorging 2.2 Persoonsvorm in de verleden tijd. Verkort programma (80% score)
Basiscursus schrijven 1.3 Controleren

en verbeteren
Aan de slag!

Slide 46 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions