Grammatica hoofdstuk 3 - 3GT

• Engels
• Middelbare school
• vmbo g
• Leerjaar 3

Science and Technology

Programma

Herhalen van grammatica hoofdstuk 3

Oefenvraag

Ultra korte uitleg

Begripvraag

7 - Prepositions of time and place

Welk antwoord is juist?

I have a game ... Saturday.

1. in
2. on
3. at

Welk antwoord is juist?

School starts ... 9 o'clock

1. in
2. on
3. at

Prepositions of time and place 

• Op je PTA moet je kunnen kiezen uit at, on, in
• Hier zijn specifieke regels voor
• die moet je leren. 

Aantekening

Vul at-on-in in.

I will see you ... Christmas.

Vul at-on-in in.

My birthday is ... September.

Vul at-on-in in.

We met ... the bus.

8 - The future

Welk antwoord is juist?

We ... (visit) my uncle tonight.

1. visit
2. are visiting
3. are going to visit
4. will visit

Welk antwoord is juist?

Look at the clouds! It ... (rain) any minute now!

1. rains
2. is raining
3. is going to rain
4. will rain

Future 

• Je moet op je PTA de 4 future vormen uit elkaar kunnen houden
• Hier zijn wat regels voor

Aantekening

Hoe doe je dat dan?

1. Zoek naar een signaalwoord (die moet je dus leren!)
2. Hoe maak je deze werkwoordtijd?
   
3. Vul de juiste werkwoordtijd in.

Voorbeeldzin (2)

1. The shop ... (open) at 6 o'clock.

2. I promise that I ... (call) you tomorrow.

Voorbeeldzin (2)

1. The shop opens (open) at 6 o'clock.

2. I promise that I will call (call) you tomorrow.

Vul een future in.

I think NEC... (become) champion this year.

Vul een future in.

I called grandma. We ... (visit) her tonight.

Vul een future in.

Next year, we ... (travel) to Spain.

5 - Adverbs / Adjectives

Welk antwoord is juist?

The band plays ...

1. beautiful
2. beautifully

Welk antwoord is juist?

That is a ... man.

1. beautiful
2. beautifully

Adverb / adjective

• Je moet op je PTA kiezen of je een adverb of een adjective invult
• Een adverb zegt iets over een ww                          She sings perfectly.
• Een adjective zegt iets over een zelfst nw.         That is a perfect girl.

Aantekening

Hoe doe je dat dan?

1. Welk woord moet je invullen in de zin?
2. Zegt dit iets over een zelfstandig naamwoord of over een ww?
3. Kies of je er -ly achter zet. 

Voorbeeldzin (2)

1. I like to live in a ... house. (clean)

2. He ... ran down the stairs. (quick)

Voorbeeldzin (2)

1. I like to live in a clean house. (clean)

2. He quickly ran down the stairs. (quick)

Vul adverb / adjective in.

Sharon usually sings ... songs. (sad)

Vul adverb / adjective in.

Adriana fell ... down the stairs. (painful)

Vul adverb / adjective in.

You have done that really ... ! (good)

9. Adverbs of frequency

Welke zin is juist?

1. We sometimes take the bus.
2. We take sometimes the bus.
3. We take the sometimes bus.

Welke zin is juist?

1. You always are quiet.
2. You are always quiet.
3. You are quiet always.

Adverbs of frequency

• Je moet op je PTA de zin in de juiste volgorde kunnen zetten.
• Hierbij moet je goed opletten of het bijwoord van frequentie op de juiste plek staat.

Aantekening

Voorbeeldzin (2)

1. take - We - the bus - sometimes.

2. My teacher - never - late - is.

Voorbeeldzin (2)

1. We sometimes take the bus.

2. My teacher is never late.

Schrijf het werkwoord + adverb op

We ... (go + always) to the Market on Saturday.

Schrijf het werkwoord + adverb op

We ... (are + never) rude to our parents.

Schrijf het werkwoord + adverb op

She ... (runs + regularly) in the park.

Time to practise! Chapter 3

at - on - in                                                                            SS grammar 7

future tenses                                                                     SS grammar 8

adverbs / adjectives                                                       SS grammar 9