Klas 2GT1

Montag den 4. April 2022
Klas 2GT1
1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive
DuitsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

Cette leçon contient 14 diapositives, avec diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Montag den 4. April 2022
Klas 2GT1

Slide 1 - Diapositive

Was machen wir heute
Kapitel 8. Aussehen
Hausaufgaben 
Grammatik Modalverben
Hausaufgaben
Ende Unterricht

Slide 2 - Diapositive

                                             Regels en Afspraken

 - Als je de klas binnen komt, ga je zitten, pakt je spullen en zet je tas 
    op de grond
 - Je laat jouw mobiel in de tas -> na een waarschuwing, neem ik de 
    telefoon in beslag
-  Je gebruikt de laptop als ik zeg dat je erop mag werken
 - Als ik aan het woord ben, dan ben je stil 
 - Als je vragen hebt, steek je je vinger op
 - Je blijft van elkaar en elkaars spullen af
 - Tijdens het zelfstandig werken, mag je zachtjes praten of naar 
   muziek luisteren 

Slide 3 - Diapositive

De leerling die de les verstoort:

  •  eerste waarschuwing
  •  tweede waarschuwing
  •  bij de derde waarschuwing -> na de les bij mij 
       -> gevolg: strafwerk of een les nablijven
  •  laatste waarschuwing -> verwijdering uit de les

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Vidéo


Modalverben (hulpwerkwoorden)

Wat zijn Modalverben?
Modale hulpwerkwoorden (modalverben) zijn hulpwerkwoorden die extra betekenis aan het hoofdwerkwoord toevoegen. Voorbeelden van modale hulpwerkwoorden in het Nederlands zijn: zullen, kunnen, mogen, moeten, willen

Slide 6 - Diapositive

Welke Modalverben zijn er?

  • dürfen  - mogen (toestemming hebben))
  • mögen - leuk vinden, lusten, houden. van)
  • wissen  - weten.
  • können - kunnen.
  • müssen - moeten.
  • sollen -  moeten.
  • wollen -  willen

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

                                        Sollen, mögen, wissen 
Vul in de zinnen de juiste vorm van het werkwoord in.

1. sollen               …………………………… ich eine Cola für dich mitnehmen?
2. mögen            …………………………… du Schokolade?
3. wissen             …………………………… du die Antwort?
4. mögen           Ich …………………………… diesen Mann nicht.
5. wissen            Ich …………………………… nicht, wann ich komme.
6. mögen            …………………………… ihr Blumenkohl?
7. sollen              Warum …………………………… wir das Buch lesen?
8. wissen             Das …………………………… wir leider nicht.

Slide 10 - Diapositive

Kapitel 8 Aussehen
Leren: woordenlijst NL-DU / blz. 98 
Leren: Grammatik E / Seite 81 + Seite 83 / Modalverben
Maken: opdracht 24, 25, 26 / Seite 84,85

Slide 11 - Diapositive

Hausaufgaben
Leren: woordenlijst NL-DU / blz. 98 
Leren: Grammatik E / Seite 81 + Seite 83 / Modalverben
Maken: online leeromgeving: 
Slim Stampen / E / Grammatik

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive