Taal thema 6

Taal thema 6
1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive

Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

Éléments de cette leçon

Taal thema 6

Slide 1 - Diapositive

Een goed verstaander heeft maar een half woord nodig?
A
Je hoeft niet alles te horen om te begrijpen wat er wordt bedoelt.
B
Het is goed als je je mond open doet, maar soms is het beter om niks te zeggen
C
Van probleem naar probleem gaan.

Slide 2 - Quiz

Wat is knorren?
A
Knorren doe je als je heel blij bent
B
Knorren is hetzelfde als huilen
C
Iemand knort als hij een beetje moppert.

Slide 3 - Quiz

Wat is betrekkelijk?
A
Eerlijk gezegd
B
Vergeleken met iets anders
C
Afwisselend wel en niet
D
Helemaal niet zo

Slide 4 - Quiz

Wat is het verschil tussen non-verbaal en verbaal?

Slide 5 - Question ouverte

Hoe heet het aangeven van een gebied?
A
Beperken
B
Schuilen
C
Toe eigenen
D
Afbakenen

Slide 6 - Quiz

Betekend betwist als iedereen het erover eens is?
A
Ja
B
Nee

Slide 7 - Quiz

Schrijf de afleiding op: Mijn ouders vinden mijn geklungel leuk.

Slide 8 - Question ouverte

Welk woord past er bij deze woorden ?
Licht en donker
A
Zwart
B
Schemerig
C
Fel
D
Lamp

Slide 9 - Quiz

Enkelvoudig of samengesteld?
Maak je ene gebaar, dan zeg je ook iets.

A
Enkelvoud
B
Samengesteld

Slide 10 - Quiz

Enkelvoudig of samengesteld?
De een bedelt met nootjes en de ander kwispelt zijn staart.
A
Enkelvoud
B
Samengesteld

Slide 11 - Quiz

Enkelvoudig of samengesteld?
De juf vindt groep 6A erg lief.
A
Enkelvoud
B
Samengesteld

Slide 12 - Quiz

Schrijf de stam van de pv op + uitgang
Toulin loopt de klas binnen.

Slide 13 - Question ouverte

Schrijf de stam van de pv op + uitgang
Groep 6A fietst naar school.

Slide 14 - Question ouverte

Waar mogen de aanhalingstekens?
Mogen we kippen, juf? vragen de kinderen van groep 6A
A
'Mogen we kippen'
B
'Mogen we kippen, juf?'
C
'Mogen we kippen, juf? vragen de kinderen van groep 6A'
D
Mogen we kippen, 'juf'?

Slide 15 - Quiz