VWO 2 PTO 3 L 3 commerciële landbouw

• Geschiedenis
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 2

Welkom in de geschiedenisles!

Controle vraag
Wat betekent de moedernegotie?

1. a. onderhandelen met je moeder
2. b. je moeder dingen vragen
3. c. De handel van de Republiek met het verre Oosten
4. d. De handel van de Republiek met de Oostzee

Floris Claesz van Dijk 1615: stilleven van kaas

Leerdoelen

Hoe kon de Republiek uitgroeien tot een van de belangrijkste landen in Europa?

1. Je kunt uitleggen hoe de landbouw in de Republiek zich steeds meer richtte op productie voor de verkoop in plaats van eigen gebruik.

Moedernegotie

 “moeder van alle handel” 

= hetzelfde als Oostzeehandel

= basis  economisch succes Republiek.

Export naar Oostzee: 

Nederlandse + zuid-Europese producten 

Import uit Oostzee: 

Goedkoop graan -->  Voldoende eten voor groeiende steden 

Hout --> nodig voor constante bouw grote schepen

Commerciële landbouw

Steden hebben eten nodig. 

1. Graan groeit lastig in zoute Nederlandse bodem. 

2. Graan uit de Oostzee is goedkoper.

Dus: Boeren hoeven geen graan meer te produceren.

Wat dan wel? Alles wat je goed kan verkopen.

1) Vlas, hennep, koolzaad.

2) Veeteelt (koe -> melk/boter/kaas, varken-> vlees) 

= landbouw gericht op handel

Maken

Samenvattingsopdracht paragraaf 3.1

Begrippen uit deze les

moedernegotie

commerciële landbouw

handel

Schrijf 3 dingen op die
je deze les hebt geleerd

Stel 1 vraag over iets dat je
deze les nog niet zo goed hebt begrepen