Cette leçon contient 11 diapositives, avec diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 50 min
Éléments de cette leçon
Lesopbouw
10 min. Zs lezen
Lesdoelen bespreken
Terugblik
Korte uitleg
Opdrachten maken
Nakijken
Evaluatie
Slide 1 - Diapositive
10 min. Zs
Lezen
timer
10:00
Slide 2 - Diapositive
Lesdoelen
Je kent de termen letterlijk en figuurlijk taalgebruik. Je kutn deze termen uitleggen.
Je kent de term synoniem. Deze term kun je uitleggen en je kunt een voorbeeld geven.
Slide 3 - Diapositive
Terugblik
Overdrijving - Leg uit - Voorbeeld
Understatement - Leg uit - Voorbeeld
Voor de duizendste keer, let eens op!!
Je hebt een 2 voor het proefwerk en zegt dat je een paar foutjes gemaakt hebt.
Slide 4 - Diapositive
Uitleg: synoniemen
Een ander woord met dezelfde betekenis vb. liegen - jokken
Slide 5 - Diapositive
Uitleg: letterlijk - figuurlijk taalgebruik
Letterlijk taalgebruik - je zegt/schrijft precies wat je bedoelt vb. Ik ben verliefd
Figuurlijk taalgebruik - je zegt/schrijft iets wat je niet letterlijk bedoelt vb. Ik heb vlinders in de buik
Slide 6 - Diapositive
Letterlijk of figuurlijk?
Slide 7 - Diapositive
Opdrachten
Basis Kader
Hfd. 6 opdr. 2+4+5+7+9 Hfd. 6 opdr. 2+4+5+6+9
Klaar:
Lezen
timer
1:00
Slide 8 - Diapositive
Nakijken: B
Slide 9 - Diapositive
Nakijken: K
Slide 10 - Diapositive
Evaluatie
Je kent de termen letterlijk en figuurlijk taalgebruik. Je kutn deze termen uitleggen.
Je kent de term synoniem. Deze term kun je uitleggen en je kunt een voorbeeld geven.
Wat is letterlijk en figuurlijk taalgebruik? Gebruik een voorbeeld om dit uit te legggen. Wat is een synoniem? Gebruik een voorbeeld om dit uit te leggen.