Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 15 min
Éléments de cette leçon
Woordenschat h1
Woordbetekenissen vinden, hoe doe je dat?
Slide 1 - Diapositive
Woordenschat h1: woordbetekenissen vinden
Je zult regelmatig woorden tegenkomen, waarvan je de betekenis niet kent.
Slide 2 - Diapositive
Gelukkig zijn er manieren, om toch achter de betekenis van een woord te komen!!!
Slide 3 - Diapositive
manier 1
Zoek de betekenis op in een woordenboek.
Vaak mag je echter geen woordenboek gebruiken, bijvoorbeeld bij een toets of een examen......
Slide 4 - Diapositive
manier 2
Zoek in de tekst naar een synoniem van het onbekende woord
Slide 5 - Diapositive
synoniem:
Twee woorden die er verschillend uitzien, maar die hetzelfde betekenen
Slide 6 - Diapositive
Voorbeeld synoniem:
Ik vind dit boek van wiskunde ingewikkeld, op de volgende bladzijde staan echt lastige sommen
Slide 7 - Diapositive
manier 3
Zoek in de tekst naar een omschrijving van het onbekende woord
Slide 8 - Diapositive
voorbeeld manier 3
Je zult met je zakgeld prioriteiten moeten stellen. Je moet dus bedenken waaraan je je geld echt uit wilt geven en wat eigenlijk minder belangrijk is om je geld aan uit te geven
Slide 9 - Diapositive
manier 4
Zoek in de tekst naar voorbeelden van het onbekende woord
Slide 10 - Diapositive
voorbeeld manier 4
Als je op jezelf gaat wonen, krijg je te maken met allerlei instanties, zoals de belastingdienst, verzekeringsmaatschappijen en pensioenfondsen
Slide 11 - Diapositive
manier 5
Zoek in de tekst naar een tegenstelling van het onbekende woord
Slide 12 - Diapositive
voorbeeld manier 5
Hij lijkt sympathiek, maar in werkelijkheid is hij heel erg onaardig
Slide 13 - Diapositive
Manier 6
Zoek in het woord zelf dat je niet kent, naar een bekend woorddeel
Slide 14 - Diapositive
voorbeeld manier 6
onacceptabel
heroverwegen
uitdrukkingsloos
Slide 15 - Diapositive
Het weer lijkt misschien voortreffelijk, maar morgen wordt het erg slecht
A
synoniem
B
tegenstelling
C
omschrijving
D
voorbeeld
Slide 16 - Quiz
In Amsterdam wonen ontzettend veel nationaliteiten, zoals Engelsen, Amerikanen en Chinezen
A
tegenstelling
B
voorbeeld
C
synoniem
D
omschrijving
Slide 17 - Quiz
Ik vind dit gebouw echt afzichtelijk, vooral de kleuren die zijn gebruikt en de steensoort vind ik erg lelijk