Verwijswoorden en flaptekst

Verwijswoorden en flaptekst
1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
TaalBasisschoolGroep 8

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 120 min

Éléments de cette leçon

Verwijswoorden en flaptekst

Slide 1 - Diapositive

Video
Bekijk de video op de volgende slide.

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Vidéo

.
Over wie gaat dit nummer?

Slide 4 - Question ouverte

Lesdoelen
Aan het einde van deze les:
  • weet ik wat verwijswoorden zijn en waarom ze worden gebruikt.
  • kan ik verwijswoorden herkennen in een tekst.
  • kan ik verwijswoorden toevoegen aan een tekst.
  • kan ik een flaptekst schrijven.

Slide 5 - Diapositive

Video
Bekijk de video over verwijswoorden op de volgende slide.

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Vidéo

.
Waarom worden verwijswoorden gebruikt?
A
Omdat je dan minder hoeft op te schrijven.
B
Omdat de tekst daar minder saai van wordt.
C
Omdat je anders een rommelige tekst krijgt.
D
Omdat de tekst dan makkelijker te begrijpen is.

Slide 8 - Quiz

Verwijswoorden
Er zijn dus een heleboel verwijswoorden!
Bijvoorbeeld:
  • ik
  • jij 
  • u
  • hij 
  • zij 
  • het 
  • wij
  • jullie
  • zij
  • hem
  • haar
  • ons
  • hen
  • hun
  • mijn 
  • jouw 
  • uw
  • zijn
  • haar
  • die 
  • dat 
  • dit
  • deze
  • toen 
  • daar
  • hier

Slide 9 - Diapositive

Opdracht
  • Maak teams van twee. Je mag niet in hetzelfde team als diegene waar je een biografie over schrijft.
  • Vertel de ander kort het levensverhaal van je maatje. Gebruik zoveel mogelijk verwijswoorden. 
  • De ander schrijft intussen elk verwijswoord dat wordt gebruikt op, inclusief datgene waar het naar verwijst (bijv: zij = Vita).
  • Voor elk verwijswoord dat jullie gebruiken én spotten, krijgt jullie team een punt!
  • Na 5 minuten wisselen jullie van rol.
  • Welk team haalt de meeste punten?
timer
5:00

Slide 10 - Diapositive

Opdracht
Wissel van rol!
timer
5:00

Slide 11 - Diapositive

.
Hoeveel verwijswoorden spot je in het onderstaande tekstje?
Tuur heeft helemaal geen zin om te koken, maar hij heeft het zijn moeder beloofd. Met tegenzin pakt hij de pan uit de kast. Dan gaat hij op zoek naar de aardappels. Die moeten eerst maar geschild worden. 
A
3
B
4
C
5
D
6

Slide 12 - Quiz

Verwijswoorden
Tuur heeft helemaal geen zin om te koken, maar hij heeft het zijn moeder beloofd. Met tegenzin pakt hij de pan uit de kast. Dan gaat hij op zoek naar de aardappels. Die moeten eerst maar geschild worden. 

Slide 13 - Diapositive

Opdracht
Geef alle verwijswoorden in je biografie een kleurtje.
timer
20:00
  • ik
  • jij 
  • u
  • hij 
  • zij 
  • het 
  • wij
  • jullie
  • zij
  • hem
  • haar
  • ons
  • hen
  • hun
  • mijn 
  • jouw 
  • uw
  • zijn
  • haar
  • die 
  • dat 
  • dit
  • deze
  • toen 
  • daar
  • hier

Slide 14 - Diapositive

Opdracht
Herschrijf je biografie met een focus op verwijswoorden. 
Kun je meer verwijswoorden gebruiken, waardoor de prettiger te lezen wordt? 
timer
30:00
  • ik
  • jij 
  • u
  • hij 
  • zij 
  • het 
  • wij
  • jullie
  • zij
  • hem
  • haar
  • ons
  • hen
  • hun
  • mijn 
  • jouw 
  • uw
  • zijn
  • haar
  • die 
  • dat 
  • dit
  • deze
  • toen 
  • daar
  • hier

Slide 15 - Diapositive

Flaptekst
Het kleine stukje tekst op de achterkant van een boek wordt ook wel 'flaptekst' genoemd. 

Slide 16 - Diapositive

.
Als je een boek koopt in de winkel of leent uit de bieb dan lees je vaak eerst de flaptekst. Waarom zou je dat doen?

Slide 17 - Question ouverte

.
Hoe wordt een flaptekst ook wel genoemd?
A
achterkantje
B
blurb
C
letterrechthoek
D
samenvatting

Slide 18 - Quiz

Flaptekst
Het doel van een flaptekst is om je een idee te geven waar een boek over gaat, en vooral ook om je nieuwsgierig te maken naar de rest van het boek zodat je het gaat lezen.

Slide 19 - Diapositive

Lees beide flapteksten. Welke vind je beter?
A
Dit boek gaat over Frenkie de Jong. Frenkie werd geboren op 12 mei 1997. Hij groeide op in Arkel. Hij houdt erg van voetbal en hij is er ook erg goed in. In dit boek lees je alles over Frenkie zijn leven. Bijvoorbeeld  hoe zijn liefde voor voetbal begon en of hij Nederland weleens mist.
B
Hij begon zijn carriere bij een voetbalclub in een gehucht in Nederland, maar inmiddels speelt hij bij één van de beste voetbalclubs ter wereld. Hoe begon zijn liefde voor voetbal? Mist hij Nederland weleens? En wat is zijn beste voetbaltip? Je leest het in dit boek! 

Slide 20 - Diapositive


Welke flaptekst vond je beter?
A
B

Slide 21 - Sondage

Waarom vond je A of B beter?
A
Dit boek gaat over Frenkie de Jong. Frenkie werd geboren op 12 mei 1997. Hij groeide op in Arkel. Hij houdt erg van voetbal en hij is er ook erg goed in. In dit boek lees je alles over Frenkie zijn leven. Bijvoorbeeld  hoe zijn liefde voor voetbal begon en of hij Nederland weleens mist.
B
Hij begon zijn carriere bij een voetbalclub in een gehucht in Nederland, maar inmiddels speelt hij bij één van de beste voetbalclubs ter wereld. Hoe begon zijn liefde voor voetbal? Mist hij Nederland weleens? En wat is zijn beste voetbaltip? Je leest het in dit boek! 

Slide 22 - Diapositive

Opdracht
Schrijf een flaptekst bij je biografie. 
Zorg ervoor dat de flaptekst iets zegt over de inhoud van het boek én dat het de lezer nieuwsgierig en enthousiast maakt.
timer
20:00

Slide 23 - Diapositive

Lesdoelen
  • Ik weet wat verwijswoorden zijn en waarom ze worden gebruikt.
  • Ik kan verwijswoorden herkennen in een tekst.
  • Ik kan verwijswoorden toevoegen aan een tekst.
  • Ik kan een flaptekst schrijven.

Slide 24 - Diapositive

Raden!
Over wie gaat deze flaptekst?

Slide 25 - Diapositive

Tot morgen!

Slide 26 - Diapositive