PA 2 H3 Bijvoeglijke naamwoorden

Paso Adelante 2 - Hoofdstuk 3
Bijvoeglijke naamwoorden
Bijvoeglijke naamwoorden - Hoeveelheid

1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
SpaansMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Paso Adelante 2 - Hoofdstuk 3
Bijvoeglijke naamwoorden
Bijvoeglijke naamwoorden - Hoeveelheid

Slide 1 - Diapositive

Mannelijke vorm
Vrouwelijke vorm
alto
alta
bajo
baja
inteligente
inteligente
azul-
azul-
voor het meervoud voeg een "s" toe!
[of "es" als het woord eindigt met een medeklinker]

Slide 2 - Diapositive

BN = Volgorde in de zin
                    
                    El pelo castaño
                    Los ojos azules
                    La chica simpática
                    Las zapatillas rojas

Slide 3 - Diapositive

BN = Hoeveelheid
mucho
mucha
veel
poco
poca
weinig
demasiado
demasiada
te veel
medio
media
halve
otro
otra
andere
voor het meervoud voeg een "s" toe!

Slide 4 - Diapositive

BN = Volgorde in de zin
Bijvoeglijke naamwoorden die te maken hebben met hoeveelheid staan vóór de zelfstandig naamwoord.
                    Tengo mucho pelo
                    Tienes muchos pantalones 
                    Tengo demasiados deberes 
                    Compras pocas bananas 

Slide 5 - Diapositive

Kies de juiste bijvoeglijke naamwoord voor:

el jugador... [pequeño = klein]
timer
0:30
A
pequeño
B
pequeña
C
pequeños

Slide 6 - Quiz

Kies de juiste bijvoeglijke naamwoord voor:

los pantalones... [azul = blauw]
timer
0:30
A
azul
B
azules
C
azulos

Slide 7 - Quiz

Kies de juiste bijvoeglijke naamwoord voor:

los ojos... [bruin = marrón]
timer
0:30
A
marrón
B
marrones
C
marronas

Slide 8 - Quiz

Kies de juiste bijvoeglijke naamwoord voor:

el vestido... [kort = corto]
timer
0:30
A
corta
B
corto
C
cortos

Slide 9 - Quiz

Kies de juiste bijvoeglijke naamwoord voor:

las gafas... [barato = goedkoop]
timer
0:30
A
barato
B
baratas
C
barata

Slide 10 - Quiz

Kies de juiste bijvoeglijke naamwoord voor:

la ropa... [ sportief = deportivo]
timer
0:30
A
deportiva
B
deportivo
C
deportivas

Slide 11 - Quiz

Kies de juiste bijvoeglijke naamwoord voor:

Tengo ... ropa deportiva [ sportief = deportivo]
timer
0:30
A
mucho
B
mucha
C
muchas

Slide 12 - Quiz

Kies de juiste bijvoeglijke naamwoord voor:

Tengo ... kilo de bananas
timer
0:30
A
medio
B
media
C
medias
D
medios

Slide 13 - Quiz

Is de zin juist?
Yo entreno hora media (ik train een half uur)
timer
0:30
JA
NEE

Slide 14 - Sondage

Is de zin juist?
Tengo demasiada tarea (ik heb te veel huiswerk)
timer
0:30
JA
NEE

Slide 15 - Sondage

Is de zin juist?
Quiero falda otra (Ik wil een andere rok)
timer
0:30
JA
NEE

Slide 16 - Sondage

Plaats de woorden in de juiste volgorde:

rubio - pelo - tiene - mucho

Slide 17 - Question ouverte

Plaats de woorden in de juiste volgorde:

practica - deportes - demasiados

Slide 18 - Question ouverte

Plaats de woorden in de juiste volgorde:

media - mañana - una

Slide 19 - Question ouverte

Plaats de woorden in de juiste volgorde:

pocas - tengo - rojas - camisetas

Slide 20 - Question ouverte

Plaats de woorden in de juiste volgorde:

quiero - zapatillas - otras - marrones

Slide 21 - Question ouverte

Vertel in minimaal 3 zinnen wat voor kleding je hebt in je kast met behulp van:
- de woordenlijst in het werkboek (bdz. 121)
- de presentaties in de studiewijzer
- Google translate
- Gebruik het werkwoord "Tener" (hebben).

Slide 22 - Question ouverte

Oefeningen
Werkboek: 13a, 13b, 13c, 14a, 14b, 14c, bdz. 98-99
 (online Gramática D)
Plus 32, bdz. 114 (online K)

Slide 23 - Diapositive