Les 51.1 - leerdoel 3

Leerdoel 3
onzekerheidsrelatie van Heisenberg

Lesplanning
  1. Onzekerheidsrelatie van Heisenberg
  2. Werken aan leerdoel 3 
  3. Voorbeeldberekening onzekerheidsrelatie van Heisenberg
  4. Herhaling energie a.d.h.v. meerkeuzevragen
1 / 27
suivant
Slide 1: Diapositive
NatuurkundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

Cette leçon contient 27 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

Éléments de cette leçon

Leerdoel 3
onzekerheidsrelatie van Heisenberg

Lesplanning
  1. Onzekerheidsrelatie van Heisenberg
  2. Werken aan leerdoel 3 
  3. Voorbeeldberekening onzekerheidsrelatie van Heisenberg
  4. Herhaling energie a.d.h.v. meerkeuzevragen

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Onzekerheidsrelatie van Heisenberg

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Onbepaaldheid Δ
  • Breedte van de waarschijnlijkheidsverdeling van een grootheid.
  • Veroorzaakt door golfeigenschappen.



Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Des te kleiner de onbepaaldheid in plaats,
des te groter de onbepaaldheid in impuls.
p=λh

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 5 - Diapositive

https://www.wetenschapsschool.nl/javascript/fourier_wavepacket.html 
Onzekerheidsrelatie van Heisenberg

Plaats en impuls zijn complementaire grootheden. Je kunt ze nooit beiden precies meten.

Δx onbepaaldheid in plaats
Δp onbepaaldheid in impuls
Complementaire grootheden zijn grootheden waarvan de gelijktijdige bepaling niet mogelijk is.

Slide 6 - Diapositive

Delta staat voor onzekerheid.

complementaire: niet gelijktijdig te meten.

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 8 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Leg met de onbepaaldheidsrelatie van Heisenberg uit dat er meer buiging optreed bij een smallere spleet.

Slide 9 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

0

Slide 10 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Bereken de onbepaaldheid in plaats.

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Doordat h/4π  zo klein is kom je de onzekerheidsrelatie van Heisenberg 
niet tegen in het alledaagse leven.

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Aan de slag
Werken aan leerdoel 3 - volgens de studiewijzer

Vandaag is het les 3 van de 3 waarin je werkt aan leerdoel 3.
timer
25:00

Slide 13 - Diapositive

4, 
Herhaling energie

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Een sportwagen versnelt van 0 tot 30 mph in 1,5 s. Hoe lang doet deze auto erover om te versnellen van 0 tot 60 mph. Neem aan dat het nuttig vermogen van de motor niet afhankelijk is van de snelheid en verwaarloos de wrijving.
A
2 s
B
3 s
C
4,5 s
D
6 s

Slide 15 - Quiz

W —> Ek
Pnut * t = 1/2 m * v2   
v twee keer zo groot dus t vier keer zo groot want P en m zijn constant.
Een persoon staat op de rand van een klif. Hij gooit de ene bal recht omhoog en een andere bal recht omlaag met dezelfde beginsnelheid. Welke bal bereikt de grond met de grootste snelheid? Verwaarloos de luchtwrijving.
A
De bal die omhoog wordt gegooid.
B
De bal die omlaag wordt gegooid.
C
Ze bereiken de grond met dezelfde snelheid.

Slide 16 - Quiz

De bal die omhoog gegooid wordt; Ek —> Ez —> Ek dus als de bal weer op het punt is waar deze omhoog gegooid heeft, heeft de bal dezelfde snelheid als de bal die je naar beneden gooit.
Wanneer je de veer van een pijltjes pistool volledig indrukt en een pijltje recht omhoog afschiet bereikt het pijltje een hoogte van 24 m. Hoe hoog komt het pijltje wanneer je de veer maar voor de helft indrukt? Verwaarloos de wrijving en neem aan dat het een ideale veer is.
A
24 m
B
12 m
C
6 m
D
3 m

Slide 17 - Quiz

Eveer —> Ez 1/2*C*u2 = m*g*h u twee keer zo klein dus h is 4 keer zo klein.
Oefenopgave kracht, beweging en energie
Of verder werken 
aan leerdoel 3.
Eva trekt een blok met een massa van 5,0 kg voort aan een touw (hoek van 20 ⁰ met de horizontaal).  Het blok versnelt van 0,6 m/s naar 2,3 m/s. 
 
  1. Bereken de arbeid die Eva heeft geleverd. De wrijving mag verwaarloosd worden.
     
  2. Bereken de afstand die Eva heeft afgelegd gedurende de versnelling

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

m = 5,0 kg
hoek = 20 ⁰
v,begin = 0,6 m/s    v,eind = 2,3 m/s

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Aan de slag

Werken aan leerdoel 3  
volgens de studiewijzer

Slide 20 - Diapositive

4, 
Cirkelbewegingen
v=T2πr

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Cirkelbewegingen
Fmpz=rmv2
Fg=Gr2mM

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Gravitatiekracht 
Fg=Gr2mM
g=rGm

Slide 23 - Diapositive

gravitatieconstante volgt uit de formule voor de zwaartekracht


  • De gravitatie-energie is gelijk aan de arbeid die de gravitatiekracht verricht tijdens het vallen naar het oppervlak van een hemellichaam.
  • Het nulpunt van de gravitatie-energie is gekozen op een oneindig grote afstand van het hemellichaam.
  • De gravitatie-energie is altijd negatief.    
Eg=GrmM
Gravitatie-energie

Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leid de formule voor de
ontsnappingssnelheid af.
v=R2GM
Eg=GrmM

Slide 25 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Oefenopgave ATV
of werk verder aan leerdoel 3 volgens de studiewijzer.

Slide 26 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 27 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions