T3_Les 15_SE Oefenles 5

• Biologie
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 3

Eierstokken

Eileiders

Baarmoeder

Clitoris

Vagina

Prikkels opvangen die leiden tot orgasme

Eicellen vervoeren

Hier komt sperma als eerst terecht

Rijping van eicellen

Innestelling van het embryo

Teelballen

Bijballen

Zaadblaasjes

Zaadleiders

Urinebuis

Vervoeren van urine en sperma

Zaadcellen tijdelijk opslaan

Vocht en voedingsstoffen toevoegen aan de zaadcellen

Vorming van zaadcellen

Vervoeren van (alleen) zaadcellen

SOA's die bestreden kunnen worden met antibiotica

Gebruik blz. 69: tabel 2

Chlamydia

Herpes genitalis

Gonorroe

Hepatitis B

HIV (AIDS)

Syfilis

Prenataal onderzoek

Homozygoot dominant

Homozygoot recessief

Heterozygoot

Aa

BB

Gg

ee

EE

Hh

DD

rr

Rr

aa

Hoeveel % van het nageslacht is homozygoot?

1. 0%
2. 25%
3. 50%
4. 100%

Hoeveel % van het nageslacht zal minimaal 1 dominant gen hebben?

1. 0%
2. 25%
3. 50%
4. 100%

Wat is het genotype van 4?

1. AA
2. Aa
3. aa

Welke persoon heeft het genotype 'aa'?

1. 4
2. 5
3. 6
4. 7

Wat is de juiste kruising tussen persoon 4 en 5?

1. AA x AA
2. Aa x Aa
3. AA x aa

Welke kleur is recessief?

1. Zwart
2. Wit

Welke persoon is homozygoot recessief?

1. Laura
2. Jasmijn
3. Monique

Goedaardig gezwel

Kwaadaardig gezwel

Bouw van weefsels wordt verstoord

Bouw van weefsels niet verstoord

Er worden bloedvaten gevormd naar het gezwel/tumor 

Er vindt uitzaaiing plaats (metastase)

Mutagene factoren

In welk type cel heeft een mutatie direct gevolgen voor het nageslacht?

1. Mutatie in een gewone lichaamscel
2. Mutatie in een geslachtscel