Een verslag schrijven 3.4 Talent - gym/vwo

Goedemorgen!
1 / 11
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 11 diapositives, avec quiz interactif et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 120 min

Éléments de cette leçon

Goedemorgen!

Slide 1 - Diapositive

programma verslag schrijven
  • warming up
  • wat leer je
  • verslag schrijven
  • Je verslag op Padlet

Slide 2 - Diapositive

Hoe maak je een goede tekstopbouw als je een tekst schrijft?

Slide 3 - Carte mentale

Wat leer je?
  1. Zelf een duidelijke tekstopbouw in een tekst aanbrengen: inleiding, kern en slot (driedeling)
  2. Samenhang in je tekst aanbrengen met verbindingswoorden (signaalwoorden)

Slide 4 - Diapositive

Hoe ga je aan de slag?
  • Pak het verslag voor je mentor erbij.
  • Herschrijf je verslag naar een verslag in alinea's met een inleiding, kern en slot.
  • Gebruik verwijswoorden (blz. 164) en verbindingswoorden (blz. 87).
  • Voor het herschrijven: volg je opdracht 14 in je werkboek op blz. 165, opdrachten 12 t/m 15 en let je op de beoordelingspunten op blz. 166. Schrijf in chronologische volgorde, dat hoort bij een verslag.
  • Wissel je verslag met klasgenoot en verbeter!
  • Plaats je verslag op Padlet (link google classroom)

Slide 5 - Diapositive

Volgorde (tekstopbouw)
  • Maak de lezer nieuwsgierig door de inleiding pakkend te maken
  • In de kern (middenstuk) schrijf je het verslag. 
  • In het slot sluit je jouw verslag af (geen nieuwe informatie) met een samenvatting of een mening.
  • En gebruik dus verwijswoorden en signaalwoorden. Denk aan alinea's.


Slide 6 - Diapositive

Hoe breng je variatie aan in je tekst
Gebruik niet teveel dezelfde woorden en gebruik synoniemen!

Maak wat je al hebt aan tekst uitgebreider en verdeel je tekst in aparte onderwerpjes (hoe ik mijn huiswerk maak, hoe verdeel ik het over de dagen, waar werk ik het liefste). Je onderwerpjes verdeel je in alinea's die uit meer regels bestaan dan 2.

Slide 7 - Diapositive

titel en inleiding

  1. Maak de titel pakkend/knallend
  2. Begin met een binnenkomer (iets opvallends)- vertel een anekdote (verhaaltje)
  3. Geef informatie over het onderwerp: stel een vraag die je in de tekst gaat beantwoorden

Slide 8 - Diapositive

kern
Herschrijf de inhoud van je eerdere verslag en verdeel die over alinea's van meer dan 2 regels.
Gebruik de 5 w+H-vragen:
Wie
Wat 
Waarom
Waar
Wanneer en Hoe

Slide 9 - Diapositive

Aan de slag
Herschrijf je verslag volgens de opdrachten!

Gebruik de theorie in paragraaf 3.4 schrijven en formuleren

Schrijf je eigen tekst

Kijk elkaars werk na

timer
0:30

Slide 10 - Diapositive

Zet je verslag op Padlet via de link op google classroom

Slide 11 - Diapositive