Herhaling H6 Vergroten 2TL
1 / 26
La durée de la leçon est: 45 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
Is er hier sprake van een vergroting?
A
Ja
B
Nee
Slide 3 - Quiz
Slide 4 - Diapositive
De vergrotingsfactor van de hoogte is 2,2.
Wat zou de vergrotingsfactor van de breedte zijn?
Wat zou de vergrotingsfactor van de breedte zijn?
A
De vergrotingsfactor is kleiner
B
De vergrotingsfactor blijft 2,2
C
De vergrotingsfactor is groter
Slide 5 - Quiz
Wat wordt de breedte van de vergroting?
A
2 cm
B
5 cm
C
10 cm
D
20 cm
Slide 6 - Quiz
Wat is de hoogte van de vergroting?
A
30 cm
B
30 dm
C
45 dm
D
45 cm
Slide 7 - Quiz
Slide 8 - Diapositive
Slide 9 - Diapositive
Wat is de vergrotingsfactor?
A
1, 9 : 2,8 = 0,68
B
2,8 : 1,9 = 1,47
Slide 10 - Quiz
Wat is de vergrotingsfactor ?
A
3 : 6 = 0,5
Factor 0,5
B
6 : 3 = 2
Factor 2
C
3 × 6 = 18
Factor 18
D
dat kun je zo niet zien
Slide 11 - Quiz
Wat is de vergrotingsfactor?
A
3 : 4,5 = 0,7
B
4,5 : 3 = 1,5
C
4,4
D
3 × 4,5 = 13,5
Slide 12 - Quiz
Slide 13 - Diapositive
Slide 14 - Diapositive
Hoe bereken je de vergrotingsfactor?
A
2 : 6 = 1/3
B
6 : 2 = 3
Slide 15 - Quiz
Hoe bereken je de vergrotingsfactor?
A
8 : 4 = 2
B
4 : 8 = 0,5
Slide 16 - Quiz
Slide 17 - Diapositive
Van rechthoek GHIJ word
een vergroting gemaakt
met factor 3. Bereken de omtrek van de vergroting.
A
6 + 3 + 6 + 3 = 18 cm
18 x 3= 54 cm
B
6 x 3 = 18 cm2
18 x 3 = 54 cm2
C
6 x 3 = 18 cm2
18 x 3 x 3 = 162 cm2
Slide 18 - Quiz
Van rechthoek GHIJ word
een vergroting gemaakt
met factor 3. Bereken de oppervlakte van de vergroting.
A
6 + 3 + 6 + 3 = 18 cm
18 x 3= 54 cm
B
6 x 3 = 18 cm2
18 x 3 = 54 cm2
C
6 x 3 = 18 cm2
18 x 3 x 3 = 162 cm2
Slide 19 - Quiz
Slide 20 - Diapositive
Slide 21 - Diapositive
Het treinmodel heeft een lengte van 33 cm.
In het echt is de trein 2871 cm. Bereken de schaal.
In het echt is de trein 2871 cm. Bereken de schaal.
A
1 : 87
B
1 : 33
C
1 : 2871
D
1 : 20
Slide 22 - Quiz
Het automodel heeft een lengte van 9,5 cm.
In werkelijkheid is de auto 380 cm.
Bereken de schaal.
In werkelijkheid is de auto 380 cm.
Bereken de schaal.
A
1 : 38
B
1 : 380
C
1 : 9,5
D
1 : 40
Slide 23 - Quiz
Op de foto zie je een schaalmodel van de Titanic. De schaal is 1 : 53.
De breedte van het schaalmodel is 0,53 meter.
Bereken de breedte van de Titanic.
De breedte van het schaalmodel is 0,53 meter.
Bereken de breedte van de Titanic.
A
0,53 x 53 = 28,09 meter
B
0,53 : 53 = 0,01 meter
C
53 : 0,53 = 100 meter
D
Geen idee
Slide 24 - Quiz
De Eiffeltoren is 300 m hoog.
Een model hiervan is gemaakt op schaal 1 : 1200.
Hoe hoog is het model?
Een model hiervan is gemaakt op schaal 1 : 1200.
Hoe hoog is het model?
A
50 cm
B
25 m
C
25 cm
D
50 m
