9 février 2023 et 13 février 2023

1 / 29
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 29 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 90 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Klassenregels
We werken rustig samen in de klas.
We respecteren elkaar. We lachen elkaar niet uit en respecteren elkaars mening en antwoorden.
Tijdens het maken van de opdrachten zijn we rustig bezig en gaan we niet kletsen met klasgenoten.
We doen actief mee met de les, we leggen de telefoons dan ook in de telefoontas.
We steken onze vinger op als we iets willen zeggen en/of vragen.
We geven het aan onze docente aan wanneer ons iets dwars zit.
We laten elkaar uitpraten.
We eten en drinken niet in het klaslokaal (behalve in de pauzes).
We storen niet bewust de les (door bijvoorbeeld propjes te gooien of door de klas te schreeuwen)

Slide 3 - Diapositive

Buts
Aan het eind van dit lesuur...., kan je:
-Een gesprek over gezondheid begrijpen
-Woordjes gebruiken die te maken hebben met gezondheid
-Woordjes leren met kaartjes
-Een artikel over mobieltjes op school begrijpen
-Woordjes begrijpen die te maken hebben met de gezondheid








Slide 4 - Diapositive

Planning lesuur
Introductie hoofdstuk 5 (15 minuten)
Onderdeel A: oefeningen in Lesson Up (10 minuten)
Zelfstandig werken aan opdracht 6,7 en 8 (15 minuten)
Tekst van onderdeel B doornemen (10 minuten)
Zelfstandig opdrachten maken (15 minuten)
(Quiz over het menselijk lichaam (15 minuten)
 Afsluiting van de les (5 minuten)




Slide 5 - Diapositive

p.8-9 WB B

Slide 6 - Diapositive

Franse woorden over gezondheid

Slide 7 - Carte mentale

We kijken nu een filmpje van 1 minuut
Probeer daarna (op de volgende slide) in het Nederlands antwoord te geven op de volgende vraag:
En France, il y a beaucoup de pharmacies (apotheken). Elles ont toujours une croix (kruis) verte. Pourquoi est-ce qu’il y a autant (zoveel) de pharmacies en France?

Slide 8 - Diapositive

Pourquoi est-ce qu’il y a autant (zoveel) de pharmacies en France?

Slide 9 - Question ouverte

Antwoord
Fransen gaan bij hoofdpijn, koorts of misselijkheid direct naar de apotheek. Ze moeten voor elke pijnstiller naar de apotheek terwijl Nederlanders ook veel bij de drogist kunnen krijgen. Fransen krijgen gemiddeld drie keer zoveel pillen mee als Nederlanders. Ook zijn de apotheken in Frankrijk kleiner dan die in Nederland.

Slide 10 - Diapositive

tête
malade
aspirine
pharmacie
fièvre
ventre

Slide 11 - Question de remorquage

Slide 12 - Diapositive

's ochtends
's avonds
's middags
blij
boos
verdrietig
vrolijk
niet lekker
goed

Slide 13 - Question de remorquage

Welke zinnen horen bij dit fragment (v) en welke niet (x)?
Julie regarde une série
Julie a un problème
Le père de Julie téléphone
Julie a rendez-vous à l'hôpital
À la fin, Julie est moins malade.
Le père de Julie va à la pharmacie

Slide 14 - Question de remorquage

Waarom kan Julie geen serie kijken?
A
Haar abonnement is verlopen
B
Haar computer doet het niet
C
Ze heeft geen internetverbinding

Slide 15 - Quiz

Wat heeft de vader van Julie gedaan voordat hij naar zijn werk ging?
A
Hij heeft de laptop van Julie laten vallen
B
Hij heeft de laptop van Julie meegenomen
C
Hij heeft het internet afgesloten

Slide 16 - Quiz

Met wie heeft de vader van Julie een afspraak gemaakt?

A
de docent wiskunde
B
de monteur
C
de huisarts

Slide 17 - Quiz

Wat besluit Julie te gaan doen? Ze besluit om…

A
een serie te gaan kijken
B
met vrienden af te spreken
C
naar school te gaan

Slide 18 - Quiz

Wie krijgt uiteindelijk zijn/haar zin?

A
De vader van Julie
B
niemand
C
Julie

Slide 19 - Quiz

Au travail
Faire:
ex 6 a, b en c, ex 7a en ex. 8a


timer
15:00

Slide 20 - Diapositive

page 17

Slide 21 - Diapositive

Au travail
Faire:
10 a, b, c et d*
11 a, b, c
12a et c



timer
25:00

Slide 22 - Diapositive

le corps humain

Slide 23 - Diapositive

Les parties du corps

Slide 24 - Diapositive

Le corps
La tête
La main
Le bras
La jambe
le pied
Le visage
Le ventre

Slide 25 - Question de remorquage

Slide 26 - Lien

Devoirs
Apprendre: Vocabulaire A Chapitre 5 (p.40 WB B)
Faire:
ex 6 a, b en c, ex 7a en ex. 8a

Slide 27 - Diapositive

5 mots du cours

Slide 28 - Carte mentale

Comment tu as trouvé le cours?
😒🙁😐🙂😃

Slide 29 - Sondage