2.2 Christendom en islam

DEZE WEEK
KA 9: de verspreiding van het christendom in geheel Europa 
KA 10: het ontstaan en de verspreiding van de islam
1 / 41
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 41 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 4 vidéos.

Éléments de cette leçon

DEZE WEEK
KA 9: de verspreiding van het christendom in geheel Europa 
KA 10: het ontstaan en de verspreiding van de islam

Slide 1 - Diapositive

DEZE LES
Repetitie: hoe ging het? 
Bekijken planner
Instructie 
Keuze: 
zelfstandig aan de slag met 2.2 blz. 51-53  en de vragen 1 t/m 6
of extra uitleg volgen en aantekeningen maken

Slide 2 - Diapositive

KA 9


De verspreiding van het Christendom in heel Europa

Slide 3 - Diapositive

hoe komt die verspreiding tot stand?
(klein beetje hulp v/d Romeinen:
Keizer Theodosius, 395)

- kloosters als centra en netwerk
- bekeren regionale machthebbers
- syncretisme

sleutelbegrip = kerstenen/bekeren

Slide 4 - Diapositive

Twee soorten geestelijkheid
Seculiere geestelijkheid.
Richten zich op de wereld, bijv. de pastoor in een kerk. Hij verzorgt het contact met de rest van de gelovigen (de leken)
Reguliere geestelijkheid
Leven volgens een kloosterregel: Monniken en nonnen. Zij bidden veel, maar zijn ook vaak betrokken bij onderwijs en wetenschap

Slide 5 - Diapositive

Willibrord-Utrecht

Slide 6 - Diapositive

Waarom kiest Bonifatius ervoor om een boom om te hakken?
Wat betekende deze boom voor de Friezen?

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Lien

DEZE LES
Repetitie: hoe ging het? 
Bekijken planner
Instructie 
Keuze: 
zelfstandig aan de slag met 2.2 blz. 51-53  en de vragen 1 t/m 6 (in je schrift!)
of extra uitleg volgen en aantekeningen maken

Slide 9 - Diapositive

De Friezen geloofden in meerdere goden en hadden hun eigen priesters. Karel de Grote vocht tegen hun en ze mochten kiezen: of christen worden of gedood worden.

Slide 10 - Diapositive

Clovis

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Vidéo

Bonifatius 754

Slide 13 - Diapositive

Bonifatius wordt vermoord in Dokkum
Maar wie is Bonifatius eigenlijk?
Waarom werd hij zo belangrijk voor het gebied wat nu Nederland is?

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Vidéo

deel 2 Islam

Slide 16 - Diapositive

Islam
  • Godsdienst van de moslims.
  • Moslims: volgelingen van de Islam.
  • Monotheïstische godsdienst.

Slide 17 - Diapositive

Een nieuwe godsdienst
  • Islam is ontstaan op Arabisch schiereiland
  • Mohammed kreeg boodschappen door van God die in de Koran werden opgeschreven

  • In 622 vlucht Mohammed van Mekka naar Medina: hedsjra 

  • In Medina kreeg Mohammed veel volgelingen 

Slide 18 - Diapositive

Zoek uit
Zoek uit wat hedsjra is. Schrijf het in steekwoorden in je schrift.

Slide 19 - Diapositive

Ontstaan
  • In Mekka wilde men niets van de boodschap van Mohammed weten
  • 622: Mohammed vlucht van Mekka naar Medina
    --> hedsjra: begin van islamitische jaartelling

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Vidéo

Moeilijke woorden
Allah =
moslims =
kalief = 
kalifaat = 
Arabische wereld =
Zoek de betekenis op

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Vidéo

Maak 
2.2. vraag 7, 9t/m 13

Slide 24 - Diapositive

De islam ontstond in de ....eeuw
A
7de eeuw
B
5de eeuw
C
6de eeuw

Slide 25 - Quiz

Op welke manier werd het christendom in de vroege middeleeuwen verspreid?
A
De kerk organiseerde kruistochten
B
De kerk richtte de inquisitie op
C
De kerk oefende syncretisme uit
D
De kerk zorgde voor een hiërarchie

Slide 26 - Quiz

Wie werd er vermoord door de Friezen
A
Missionaris Willibrord
B
Missionaris Bonifatius

Slide 27 - Quiz

Hoe noem je de taak van Willibrord en Bonifatius?
A
Priester
B
Missionaris
C
Monnik
D
Geestelijke

Slide 28 - Quiz

Welke godsdienst is ouder?
timer
0:00
A
Christendom
B
Islam

Slide 29 - Quiz


Hoe noemen we de
vijf leefregels van de islam?
A
De Vijf Pilaren van de islam
B
De Vijf Zuilen van de islam
C
De Vijf Hoekstenen van de islam
D
De Vijf Regels van de islam

Slide 30 - Quiz

Waar is de Islam ontstaan?
A
Arabisch schiereiland
B
Frankrijk
C
Spanje
D
Turkije

Slide 31 - Quiz

De kloosterlingen behoren tot de
A
Seculiere geestelijken
B
reguliere geestelijken

Slide 32 - Quiz

Wat is de beste omschrijving van het begrip ‘geestelijken’?
Kies het juiste antwoord.
A
mensen die in God geloven
B
mensen die iedere week naar de kerk gaan
C
mensen die in dienst zijn van de kerk
D
mensen die voor andere mensen bidden

Slide 33 - Quiz

Een vrouwelijke monnik wordt een non genoemd.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 34 - Quiz

Door het harde leven gingen veel mensen het christendom extra belangrijk vinden. Waarom was dat zo?
A
De mensen hoopten dat God hen zou beschermen tegen honger, ziekte en dood.
B
In de Bijbel staat hoe je betere medicijnen kunt maken en hoe je grotere oogsten kunt krijgen.
C
Als je christen was, mocht je in een klooster wonen. Daar was wel genoeg voedsel.
D
Als je arm, maar goed geleefd had, werd je na je dood erg rijk in de hemel.

Slide 35 - Quiz

Wat is niet een van de vijf zuilen van de islam?
A
1 keer in je leven naar Mekka gaan
B
Vaak naar de moskee gaan
C
Geld geven aan arme mensen
D
5 keer per dag bidden

Slide 36 - Quiz

Wat is het heilige boek van de moslims?
A
Het oude testament
B
De Koran
C
De islam
D
De Cordoba

Slide 37 - Quiz

Mohammed vertrok naar de stad Medina in het jaar
A
622
B
623
C
620
D
630

Slide 38 - Quiz

Vanuit Medina veroverende de moslims grote delen van
A
Midden-Oosten, Noord-Afrika en Italië
B
Midden-Oosten, Noord-Afrika en Spanje
C
Midden-Oosten, Zuid-Afrika en Italië
D
Midden-Oosten, Noord-Afrika en Frankrijk

Slide 39 - Quiz

Maken vragen
blz. 55  7,9,10,11,12,13

Slide 40 - Diapositive

maken vragen
1 t/m 6

Slide 41 - Diapositive