Hoofdstuk 4.2 De macht van de koningen

• Mens & Maatschappij
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 1

Van stad naar megastad 

Hoofdstuk 4.2 de macht van de koningen 

LEERDOELEN

Aan het einde van deze paragraaf:

1- weet je hoe koningen hun staten meer als eenheid gingen besturen en vanuit één plek;

2- begrijp je waarom burgers in steden meer inspraak wilden;

3- begrijp je hoe machtig de kerk was in de samenleving;

4- weet je wat de kruistochten zijn en kun je uitleggen waarom deze plaatsvonden.

Tijdens de middeleeuwen (500 -1500) hadden de edelen veel macht.

1. De adel
2. De koning

Wat gaan de koningen doen om meer macht te krijgen?

staatsvorming:

De koning ging de burgers in zijn rijk op dezelfde manier behandelen. Daardoor ontstond er meer eenheid in het land.

Centralisatie

Koningen gingen het land ook vanuit één plek besturen.

Ze bouwen paleizen in de hoofdstad te kunnen wonen (en besturen).
 

De burgers moesten belasting betalen.
Daarom wilden ze ook meepraten over belangrijke besluiten.
De koning keurde dit goed en gaf de burgers...

De koning organiseert een vergadering:
De Staten Generaal (FR) of Parlement (ENG)
Welke drie groepen werden daarvoor uitgenodigd?

1. Burgers, Boeren, Adel
2. Geestelijken, Adel, Burgers
3. Edelen, Adel, Burgers

De macht van de kerk 

Veel christenen geloofde in leven na de dood: Hel - Hemel

Mensen leefden goed door te bidden en geld te geven aan de kerk

Koningen vonden het belangrijk dat mensen christelijk waren zodat ze luisterden naar de koning 

Kruistochten

Jeruzalem was een belangrijke stad voor Christenen en Islamieten

Kruisvaarders maakte kruistochten

Opbloeiende handel was het resultaat van de kruistochten!