Staal les 7.3.1
1 / 16
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Vidéo
het propje belandt
A
tegenwoordige tijd
B
verleden tijd
Slide 3 - Quiz
Het propje .........
Slide 4 - Question ouverte
De surfer waxt zijn board
A
tegenwoordige tijd
B
verleden tijd
Slide 5 - Quiz
De surfer ........ zijn board.
Slide 6 - Question ouverte
Zet het werkwoord in de VT.
Het meisje schudt haar hoofd.
Het meisje schudt haar hoofd.
Slide 7 - Question ouverte
Zet het werkwoord in de VT.
Het publiek beïnvloedt haar keuze.
Het publiek beïnvloedt haar keuze.
Slide 8 - Question ouverte
De lotion verzacht mijn handen.
Slide 9 - Question ouverte
Slide 10 - Diapositive
Schrijf het woord op dat je hoort.
Slide 11 - Question ouverte
Schrijf het woord op dat je hoort.
Slide 12 - Question ouverte
Schrijf het woord op dat je hoort.
Slide 13 - Question ouverte
Schrijf de zin op die je hoort.
Slide 14 - Question ouverte
Schrijf de zin op die je hoort.
Slide 15 - Question ouverte
Schrijf de zin op die je hoort.
