week 24 les 2
1 / 25
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Diapositive
Slide 4 - Diapositive
Slide 5 - Diapositive
le garçon
A
de vriend
B
de vriendin
C
het meisje
D
de jongen
Slide 6 - Quiz
il fait mauvais
A
het is koud
B
het is slecht weer
Slide 7 - Quiz
difficile
Slide 8 - Question ouverte
travailler
A
spreken
B
werken
C
vertellen
D
ontmoeten
Slide 9 - Quiz
de trein
Slide 10 - Question ouverte
le matin
A
de ochtend
B
de avond
C
de middag
Slide 11 - Quiz
nager
A
aankomen
B
spelen
C
zwemmen
D
klimmen
Slide 12 - Quiz
le truc
A
het trucje
B
de verrassing
C
de trap
D
het ding
Slide 13 - Quiz
Vertaal: Le musée est nul!
Slide 14 - Carte mentale
Vertaal: Je suis à la montagne.
Slide 15 - Carte mentale
nulle
le voyage
l'arbre
le soleil
trop
hier
fairde de l'escalade
de boom
de reis
waardeloos
klimmen
te veel
gisteren
de zon
Slide 16 - Question de remorquage
Hoe ging het overhoren?
😒🙁😐🙂😃
Slide 17 - Sondage
Slide 18 - Diapositive
1. Les vêtements sont important pour moi
😒🙁😐🙂😃
Slide 19 - Sondage
2. Je porte toujours un jean.
😒🙁😐🙂😃
Slide 20 - Sondage
3. J'aime les accessoires.
😒🙁😐🙂😃
Slide 21 - Sondage
4. J'adore faire les magasins.
😒🙁😐🙂😃
Slide 22 - Sondage
5. Les vêtements des stars m'intéressent.
😒🙁😐🙂😃
