Frans Havo 1 t Unité 3 werkwoorden op -er en être en avoir

1 / 34
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 34 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

* Ga rustig zitten op je eigen plaats
     

* Zet je tas op de grond naast je tafel

Slide 2 - Diapositive

PTD – Unité 3
Wanneer?
p dinsdag 19 maart
PTD – Luistertoets Wanneer?
Op vrijdag 22 maart

Slide 3 - Diapositive

Leerdoelen van de les
Na deze les kun je:

- weet de vocabulaire van unité 3;
- beheerst werkwoorden op ER, avoir , être
- beheerst de werkwoorden voor voorkeur (aimer, adorer...)
- Quiz + opdracht
-Spreken

Slide 4 - Diapositive

Overhoren Appr F-N havo
Pak je boek page 100, 101

Slide 5 - Diapositive

Herhalen werkwoorden:
 
-werkwoorden op -er
-avoir 
-être

Slide 6 - Diapositive

Regelmatige werkwoorden op -er
De meeste werkwoorden in het Frans eindigen op -ER
Bijvoorbeeld:
  • danser
  • travailler
  • donner
Bijna al deze werkwoorden worden op dezelfde manier vervoegd. Dit noemen we de regelmatige werkwoorden. 

Slide 7 - Diapositive

De stam
De stam maak je door -ER van het hele werkwoord  af te halen. Later plak je hier de uitgangen achter...

Bijvoorbeeld:
parler --> parl
danser --> dans

Slide 8 - Diapositive

De uitgangen

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

WERKWOORDEN voor voorkeur:


AIMER
ADORER
PRÉFÉRER
DÉTESTER
+
Le, la, l'

Slide 11 - Diapositive

Wat is de stam van het werkwoord , 'aimer, adorer, '?

Slide 12 - Question ouverte

Kies de juiste zin.
ww = PARLER
A
Nous parles français.
B
Nous parlons français.
C
Nous parlent français
D
Nous parlez français.

Slide 13 - Quiz

Kies de juiste zin.
ww = TÉLÉPHONER
A
Tu téléphone ta mère.
B
Tu téléphones ta mère.
C
Tu téléphonez ta mère.
D
Tu téléphonent ta mère.

Slide 14 - Quiz

Kies de juiste zin.
ww = AIMER
A
J'aime la musique.
B
Je aime la musique.
C
J'aimes la musique.
D
J'aiment la musique.

Slide 15 - Quiz

Kies de juiste zin.
ww = REGARDER
A
Ils regardes le football.
B
Ils regardons le football.
C
Ils regardez le football.
D
Ils regardent le football.

Slide 16 - Quiz

Kies de juiste zin.
ww = PARLER
A
Vous parle japonais.
B
Vous parles japonais.
C
Vous parlez japonais.
D
Vous parlent japonais.

Slide 17 - Quiz

Hoe vervoeg je het werkwoord 'oublier': nous .....?

Slide 18 - Question ouverte

Hoe vervoeg je het werkwoord 'adorer': Roos et Floor (elles) ...... ?

Slide 19 - Question ouverte

Etre (zijn)

Je suis
Tu es
Il, elle, on, c' est

nous sommes
vous êtes
ils, elles sont
Avoir (hebben)

J'ai
Tu as
Il, elle, on a

nous avons
vous avez
ils, elles ont

Slide 20 - Diapositive

                   être           avoir        

je (j')
tu
il/elle

nous
vous
ils/elles
suis
avons
sont
a
sommes
avez
ont
es
êtes
as
est
ai

Slide 21 - Question de remorquage

elles (avoir)
A
avons
B
sont
C
ont
D
avez

Slide 22 - Quiz

nous (avoir)
A
sommes
B
ont
C
avez
D
avons

Slide 23 - Quiz

elle (avoir)
A
as
B
est
C
ont
D
a

Slide 24 - Quiz

Vous (être)
A
êtes
B
avez
C
ont
D
sommes

Slide 25 - Quiz

Tu (être)
A
as
B
est
C
es
D
a

Slide 26 - Quiz

Marie et Pierre (être)
A
est
B
sont
C
ont
D
sommes

Slide 27 - Quiz

A. optreden

B. ontdekt worden

C. zin hebben om te 

A. zij  heeft
B. zij zijn
C.  jij/je  hebt
D.  wij/we  zijn
E. jij / je bent
F. wij hebben
1.  nous  avons
2.  tu  es
3.  ils  sont
4.  tu  as
5.  nous  sommes
6.  elle  a

Slide 28 - Question de remorquage

A. optreden

B. ontdekt worden

C. zin hebben om te 

A. u heeft/jullie hebben
B. zij zijn
C.  ik  ben
D.  men  is 
E.  ik  heb
F. jullie  zijn / u bent
1.  vous  avez
2.  j' ai
3.  elles  sont
4.  je  suis
5.  on  est
6. vous  êtes

Slide 29 - Question de remorquage

Hoe goed ken je de werkwoorden
op -er en être en avoir? Geef jezelf een cijfer.

Slide 30 - Question ouverte

gesprekken over school, schoolvakken en buitenschoolse activiteiten begrijpen.
 
-werkwoorden op -er
-avoir 
-être
Wat moet je doen?
Werk aan het blad. Vervoeg werkwoorden  
Lees Apprendre 5=Grammaire 2 page 101 en 
Maak ex. 16 G page 109 in je boek.

Wat als ik klaar ben?
Ga naar teams. Klik op de link ww op er. Oefen.
Opdracht
Zelfstandig werken In stilte!
Heb je een vraag? Steek je vinger op!

Slide 31 - Diapositive

Slide 32 - Diapositive

FIJNE DAG en TOT DE VOLGENDE KEER!

Slide 33 - Diapositive

https://wheeldecide.com/index.php?c1=l%27%C3%A9cole&c2=le+livre&c3=l%27apr%C3%A8s-midi&c4=le+cours&c5=difficile&c6=facile&c7=la+fin&c8=les+devoirs&c9=le+matin&c10=le+soir&c11=aujourd%27hui&c12=je+rentre&c13=%C3%A0+midi&t=Unit%C3%A9+3+app+1-2+F-

Slide 34 - Diapositive