8.3 Democratisering in Nederland

• Geschiedenis
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

8.3 Democratisering in Nederland 

Leerdoel

Aan het einde van deze les kunnen jullie onderscheid maken tussen drie maatschappelijk-politieke stromingen: liberalisme, confessionalisme en socialisme.

Liberalisme

liber-vrij

liberte-vrijheid

Liberalisme

• Persoonlijke vrijheid
  
  
• Passieve rol van de overheid: Zo min mogelijk bemoeien met de mensen (nachtwakerstaat)
  
  
• Weinig regels voor de economie

Sociale kwestie

• Hoe stonden de liberalen in de sociale kwestie? 

Confessionelen

&

de schoolstrijd

Bijzonder onderwijs

• Confessionelen gingen eigen scholen stichten: Bijzonder onderwijs. 
• Openbare scholen werden uit de staatskas betaald.
• Bijzondere scholen moesten alles zelf betalen

Het feminisme

±1890: Eerste Feministische Golf

• Wilhelmina Drucker: gelijkheid
• Aletta Jacobs: vrouwenkiesrecht

Begrip: feminisme

Feminisme = politiek-maatschappelijke beweging die streeft naar vrouwenemancipatie.

Pacificatie 1917

Compromis (=overeenkomst) gesloten over twee slepende kwesties:
- de Schoolstrijd
- Invoering algemeen mannenkiesrecht

En de vrouwen...?

                                                                          pacificatie 1917 

                                                                      maken afsluiting.

Pacificatie 1917

Pacificatie 1917
1919

• In 1919 kwam er ook actief vrouwenkiesrecht.
• Vanaf nu is er sprake van algemeen kiesrecht.