Les over taal blok 1

Homoniemen
1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 40 min

Éléments de cette leçon

Homoniemen

Slide 1 - Diapositive

Homoniemen
Je leert over homoniemen

Slide 2 - Diapositive

Homoniem

1 woord met meerdere betekenissen

kussen, bank, tafeltje

Slide 3 - Diapositive

Homoniem

Slide 4 - Carte mentale

Homoniem of niet?
pad
A
Ja
B
Nee

Slide 5 - Quiz

Wat is geen homoniem?
A
bank
B
muis
C
telefoon
D
meer

Slide 6 - Quiz

Homoniem of niet?
Water
A
Ja
B
Nee

Slide 7 - Quiz

homoniemen
A
waar iets vandaan komt
B
tip
C
vaste uitdrukking
D
woorden met meerdere betekenissen

Slide 8 - Quiz

Homoniem of niet?
Kaas
A
Ja
B
Nee

Slide 9 - Quiz

Homoniem of niet?
Kussen
A
Ja
B
Nee

Slide 10 - Quiz

Wat is een homoniem:
A
slang
B
bank
C
net
D
vel

Slide 11 - Quiz

Homoniemen
  • Weet jij al wat homoniemen zijn?  
  • Welke homoniem zie je op deze afbeelding?  

Slide 12 - Diapositive

Homofoon

Slide 13 - Diapositive

Homofoon
Klinkt hetzelfde, schrijf je anders en betekent iets anders

Slide 14 - Diapositive

Kies de juiste schrijfwijze van de homofoon.
Hij schoot de ... in de roos
A
Peil
B
Pijl

Slide 15 - Quiz

Welke woorden vormen een homofoon?
A
kou - kauw
B
bank - bank
C
regent - regent
D
alle antwoorden zijn goed

Slide 16 - Quiz

Wat is een goed voorbeeld van een homofoon?
A
Jou/jouw
B
Kapot/stuk
C
Maar/echter
D
Zei/zij

Slide 17 - Quiz

Kies de juiste vorm van de homofoon.
Dat ... is van een dier
A
fel
B
vel

Slide 18 - Quiz


Kies de juiste schrijfwijze van de homofoon.
De mannen stroopten hun ........ op voor de zware klus.
A
mauwen
B
mouwen

Slide 19 - Quiz

Maak van over taal
Blok 1:
 1.11 en 1.12

Slide 20 - Diapositive