Lesson 4: Speaking opdr.: 43 t/m 45

• Engels
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 1

	Vak: Engels Unit: 2
1.	Lesopening
2.	Leergebiedoverstijgende doelen + arrangementen
3.	Lesdoel (+ minicheck)
4.	Instructie
5.	Begeleid inoefenen
6.	Zelfstandig werken
7.	Evaluatie + afsluiting

1. Lesopening

Take your English book, don't open it yet!

2. Leergebiedoverstijgende doelen

Zelfstandig leren

- Werkt in de gestelde tijd zelfstandig aan opdrachten op zijn planner (bord, agenda) en houdt zelf de tijd in de gaten om het af te krijgen. 

Reflecteren

- Kijkt zijn eigen werk na en corrigeert waar nodig.  

Arrangementen

- Verdiept: kijk of je zelfstandig aan de slag kunt of dat je mee wil doen aan de instructie na het benoemen van de lesdoelen en het lezen van de theorie. 

???

- Basis: doe mee aan de mini-check. Alles goed? Zelfstandig aan de slag. Niet alles goed? Instructie volgen, daarna aan de slag. 

De hele klas

- Intensief: doe mee aan de mini-check. Instructie volgen, kom aan de groepstafel zitten. 

???

3. Lesdoel

Na deze les kun je:

- de Words van 2.4

- grammar kunnen (can/ can't)

- de spelling van de present perfect (voltooid tegenwoordige tijd)

- de uitspraak van 'silent letters' (spreken)

Verdiept arrangement:

Namen lln. 

Huiswerk noteren + maken:

Les: 4

blz.: 84 t/m 86 

opdr.: 43 t/m 45

Mini-check

Quiz mee

They went to the movies last night.

They have seen that movie. 

I have worked on this book for three years now.

I finished the book this morning.

I have broken my arm during soccer practice. 

I have not finished the book yet.

Past simple

Present perfect 

Past simple

Present perfect 

Present perfect 

Present perfect 

can of can't:
I'm happy you ...... help me.

1. can
2. can't

can of can't:
Monkeys ... play the violin.

1. can
2. can't

Wie maakt wat?

3 vragen goed? Zelfstandig aan de slag:

Les: 4, blz.: 84 t/m 86 , opdr. 43 t/m 45

De rest doet mee met de instructie

4. Instructie

herhaling van can/can't

In het Engels zijn er letters die je wel schrijft, maar niet hoort bij de uitspraak. Hieronder volgen een aantal voorbeelden. 

5. Begeleid inoefenen

Wie kan zelfstandig aan de slag (basis)?

Lees en maak les: 4, blz.: 84 t/m 86 , opdr. 43 t/m 45

Wie heeft nog extra instructie/leeshulp nodig (intensief)?

namen lln... kom aan de instructietafel zitten. 

6. Zelfstandig werken

Je leest en maakt zelfstandig, in stilte:

V: les: 4, blz.: 84 t/m 86 , opdr. 43 t/m 45  --> namen lln

B: les: 4, blz.: 84 t/m 86 , opdr. 43 t/m 45  --> De hele kals

I: les: 4, blz.: 84 t/m 86 , opdr. 43 t/m 45  --> namen lln

Ben je klaar?

1. Kijk je werk zorgvuldig na + verbeter waar nodig. 

2. Huiswerk ander vak afmaken. 

3. Leren toets/ lezen / woordzoeker. 

7. Evaluatie

Zelfstandig leren

- Werkt in de gestelde tijd zelfstandig aan opdrachten op zijn planner (bord, agenda) en houdt zelf de tijd in de gaten om het af te krijgen. 

Reflecteren

- Kijkt zijn eigen werk na en corrigeert waar nodig.  

Vul de juiste vorm van het werkwoord tussen de haakjes in:

When ... (do) my letter ... (arrive)?

1. do - arrive
2. did - arrive
3. do - arrived
4. did - arrived

Vul de juiste vorm van het werkwoord tussen de haakjes in:

My family ... (move) into a new part of town and I ... (change) school.

1. has moved - changed
2. moved - changed
3. moved - has changed
4. has moved - have changed

Vul de juiste vorm van het werkwoord tussen de haakjes in:

I ... (be) in my new class for some time but no one ... (speak) to me yet.

1. have been - has spoken
2. been - spoken
3. have been - speak
4. have - spoken

Afsluiting

Ruim je boek en schrift van EN op.

Volgende lesuur: ....................