1.2.3. AFP - week 47 les 2

Anatomie, Fysiologie en Pathologie 


Week 45 Les 3
Leerjaar 1
Periode 2
1 / 42
suivant
Slide 1: Diapositive
Anatomie Fysiologie PathologieMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 42 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 120 min

Éléments de cette leçon

Anatomie, Fysiologie en Pathologie 


Week 45 Les 3
Leerjaar 1
Periode 2

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Lesindeling
-Terugblik vorige les
-Theorie
-Memory
-Oefentoets bij tijd over anders huiswerk (Cumlaude en KTB)

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Lesdoelen
Aan het eind van de les kun/ken jij:
  • De verschillende therapievormen (geneesmiddelen) en kan jij hiervan voorbeelden geven.
  • De begrippen die te maken hebben met de algemene geneesmiddelenkennis.
  • Het verschil benoemen tussen toedieningswegen- en vormen en kan jij hiervan voorbeelden geven.

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vorige les

Zijn de volgende stellingen goed (groen) of fout (rood)?

Slide 4 - Diapositive

Stellingen vind je in de lesopzet
Na inname wat gebeurt er dan?
Farmacokinetiek: Datgene wat er in het lichaam met een geneesmiddel gebeurt.
  • Absorptie: Opname van werkzame stof in bloedbaan
  • Distributie: Verdeling van werkzame stof door lichaam
  • Metabolisme: Omzetting door het lichaam.
  • Eliminatie/Excretie: 
    Uitscheiding van werkzame stof
     via urine (nieren) en ontlasting
     (lever en darmen)

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

De farmacokinetiek

  • Wat doet ons lichaam nu met ons medicijn?

Excretie=elaminatie

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Farmacogenetica
Hoe het lichaam op een geneesmiddel reageert kan sterk per persoon verschillen.

Kan afhankelijk zijn van:
-Erfelijkheid
-De hoeveelheid en activiteit van bepaalde enzymen in het lichaam.

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Risico's van medicijnen
Het gebruiken van medicijnen kan risico’s met zich meebrengen. Zoals:

  • bijwerkingen
  • cumulatie
  • Interactie of wisselwerking
  • verslaving
  • gewenning

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Medicatieveiligheid
Medicatieveiligheid: Alle activiteiten gericht op juiste voorschrijving, aflevering en gebruik van medicijnen

  • Eerste uitgifte: Uitleg over middel en gebruik hiervan
  • Toediening: Controleer de juiste patientgegevens/medicijn/dosering/tijd/hoeveelheid/
    toediening

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Medicatiebewaking
Alle HIS hebben medicatiebewaking.
De computer let daarbij o.a. op:
  • Contra-indicatie
  • Intolerantie
  • Interactie
  • Dubbelmedicatie
Let op: elke melding van medicatiebewaking moet met de HA worden overlegd. 

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Dosering
Dosering: Hoeveelheid medicijn die iemand moet innemen per 24 uur.
Krijgt iedereen dezelfde dosering?
  • Kinderen vs. volwassenen
  • Volwassenen vs. ouderen

Wat zou verder een verschil maken?

Slide 11 - Diapositive

Zie ook blz. 24 boek
Dosering
Dosering: Hoeveelheid medicijn die iemand moet innemen per 24 uur.

Lees: blz. 22 vanaf de zin 'Om een....' 
tot H.2.5.4.
Begrijp je wat daar staat?

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Voorschrijfhoeveelheden
Zie blz. 29 (H.2.9.1.)

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Bijwerkingen
Een geneesmiddel heeft behalve zijn gewenste werking ook altijd minder gewenste of niet gewenste werkingen. 

Vragen of opmerkingen over mogelijke bijwerkingen dienen te worden doorgegeven aan LAREB.

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Contra indicatie
Wat betekent dit begrip ook al weer?

Verschil tussen relatieve en absolute contra indicatie.

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Polyfarmacie
Het tegelijk gebruiken van 5 of meer medicijnen tegelijk. 

Hierdoor is de kans op interactie(s) erg groot, evenals vermindering van therapietrouw en therapiebewustzijn.

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Compliance
=Therapietrouw


Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Aan de slag
Oefentoetsen > op cumlaude, KTB én deze Lessonup
Werkboek geneesmiddelenkennis
MBOleren.nl

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Nog wat oefenvragen

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Opname van een geneesmiddel noemen we
A
Distributie
B
Transport
C
Eliminatie
D
Absorptie

Slide 20 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

De eerste passage van medicatie door de lever noemen we
A
First pass effect
B
Halfwaarde tijd
C
Resorptiesnelheid
D
Eliminatie

Slide 21 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Voeding en geneesmiddelen kunnen elkaar onderling beïnvloeden. Dat noemen we?
A
Resistentie
B
Interactie
C
Cumulatie
D
Gewenning

Slide 22 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Vit K is een voorbeeld van
A
een profylaxe
B
substitutie
C
symptoombestrijder

Slide 23 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Paracetamol is een voorbeeld van
A
causale werking
B
symptoombestrijder
C
profylactische werking

Slide 24 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Miconazolnitraatzalf bestrijding van schimmelinfectie. Is een voobeeld van.....
A
curatieve werking
B
symptoombestrijding
C
preventieve werking

Slide 25 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

contrastvloeistof. Is een voorbeeld van......
A
Placebo-effect
B
Stellen van een diagnose
C
symptoombestrijding

Slide 26 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

contra indicatie betekent dat je het medicijn
A
wel mag hebben
B
niet mag hebben

Slide 27 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat betekent cumulatie?
A
opeenhoping van een bepaald medicijn
B
allergische reactie
C
dat je verslaaft bent aan een medicijn

Slide 28 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe noem je het als twee medicijnen elkaar beïnvloeden?
A
Gewenning
B
Interactie
C
Allergie
D
Verslaving

Slide 29 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Een placebo is een middel wat er wel uitziet als een geneesmiddel, maar geen werkzame stof bevat.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 30 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Voorbeeld van een symptoombestrijder is ......
A
Antibiotica
B
Hormonen
C
Pijnstiller
D
Maagmiddel

Slide 31 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Parenteraal
Enteraal
Via het maagdarmkanaal
Buiten het maagdarmkanaal om
Injectie
Tablet

Slide 32 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Medicatie die oraal of rectaal wordt ingenomen noemen we een ....... toediening
A
Enteraal
B
Parenteraal
C
Otoguttae
D
Oculentum

Slide 33 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Medicijnen die per injectie worden toegediend noemen we ....... toediening.
A
Enteraal
B
Parenteraal
C
sublinguaal
D
oculoguttae

Slide 34 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Opname van een geneesmiddel noemen we...
A
Excretie
B
Metabolisme
C
Distributie
D
Absorptie

Slide 35 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke medicatie heeft een preventieve werking
A
insuline
B
cytostatica
C
vaccinatie DKTP
D
antibiotica

Slide 36 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Bij welk medicijn spreek je van een causale werking
A
vitamine D
B
antibiotica
C
DKTP inenting
D
aspirine

Slide 37 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Covid vaccinatie is een voorbeeld van
A
een causale werking
B
profylactische werking
C
substitutie werking
D
symptoombestrijder

Slide 38 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

De tijd die nodig is om de concentratie met de helft te verminderen noemen we?
A
First pass effect
B
Halfwaarde tijd
C
Resorptiesnelheid
D
Eliminatie

Slide 39 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Als een cliënt geestelijk en lichamelijk afhankelijk is van een medicijn dan is er sprake van...
A
Gewenning
B
Interactie
C
Allergie
D
Verslaving

Slide 40 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Werken aan opdrachten
Ga verder met de opdrachten uit het werkboek Algemene geneesmiddelenkennis. 
Aan het eind van deze les moet je de opdrachten inleveren via het inleverbakje in Cumlaude. 

Of maak de oefentoets op Cumlaude
en of KTB.
timer
1:00:00

Slide 41 - Diapositive

Over een uur moeten studenten terug in de les zijn. We gaan dan opdracht 3 samen nabespreken. 
Huiswerk

Leren Geneesmiddelenkennis H.1 en 2. (Maak ook gebruik van de opdrachten bij het leren)

Boek: Medische terminologie AF mee!

Slide 42 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions