Le romantisme, le réalisme et le naturalisme


Le romantisme, le réalisme et le naturalisme
1 / 12
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

Cette leçon contient 12 diapositives, avec quiz interactif, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 70 min

Éléments de cette leçon


Le romantisme, le réalisme et le naturalisme

Slide 1 - Diapositive

5v Introductie module 10 + uitleg deelopdracht 4
Franse literatuur van de 19e eeuw : 
Romantiek, Realisme en Naturalisme

  • Kan de stromingen Romantiek, Realisme en Naturalisme in een historisch en
      cultureel perspectief
    plaatsen.

  • Kan de belangrijkste kenmerken van de stromingen Romantiek, Realisme en
      Naturalisme
    benoemen.

  • Kent een aantal belangrijke auteurs uit de stromingen Romantiek, Realisme
      en Naturalisme
    en hun belangrijkste werk(en).

  • Kan in enkele werken of fragmenten daaruit de kenmerken van de
      stromingen Romantiek, Realisme en Naturalisme herkennen en interpreteren




Slide 2 - Diapositive

Le Romantisme
Lamartine wordt algemeen aangezien als de vader van de Franse Romantiek. Hij zette de eerste stappen tot de volledige bloei van de Romantiek in Frankrijk.

In de poëzie worden vooral schrijvers als Hugo en Musset bekend. Ze gebruiken de dichtkunst om uitdrukking te geven aan hun gevoelens, hun hoop en hun eenzaamheid. 

In de poëzie is de auteur vaak zelf aanwezig.

Slide 3 - Diapositive

Victor Hugo (1802-1885)
Hugo was een Frans schrijver, dichter, essayist en staatsman en wordt beschouwd als een van de belangrijkste en invloedrijkste Franse romantische schrijvers van de 19e eeuw. Hij schreef romans, gedichten, toneelstukken, essays en politieke toespraken en liet ook een uitgebreide briefwisseling na.
belangrijke werken zijn bijvoorbeeld
Notre dame de Paris en Les misérables 

Slide 4 - Diapositive

Le Romantisme: les principes
1) Le culte du moi: het individu en zijn gevoelens zijn belangrijk
    (Hugo: Demain dès l'aube)
2) Le mal du siècle: het gevoel van opstand, maar ook nostalgie is er en helpt het
     individu niet verder: triest!
3) De zoektocht naar elders: het verleden, de natuur, exotisme, reizen...
     (Baudelaire: Invitation au voyage)
4) De zoektocht naar mysterie het fantastische / het irrationele
     (Hugo: Notre Dame de Paris)
5) Op zoek naar dichterlijke vrijheid: Hugo: Hernani, Mérimée: Carmen
6) Engagement politique: misstanden worden aan de kaak gesteld

Slide 5 - Diapositive

Romantiek
Verlichting
TOETSVRAAG
Ratio
Gevoel
Wetenschap
Techologische ontwikkelingen
Natuur

Slide 6 - Question de remorquage

Slide 7 - Vidéo

Le réalisme                             les principes                       1850 - 1870
1) de werkelijkheid weergeven, als een spiegel van de wereld
2) objectief schrijven (Flaubert: narration objective, en 3ème   
     personne)
3) alle onderwerpen kunnen gekozen worden: alles laten zien!
4) veel gedetailleerde beschrijvingen + precieze woordkeus (soms
     dialect, nieuw!)

Slide 8 - Diapositive

Realisme 1840-1880
Het Realisme uit de negentiende eeuw was een reactie op de idealiserende romantiek. Er lag een nuchterder denk- en levenshouding aan ten grondslag, gericht op de waarneembare werkelijkheid. 

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Vidéo

Le naturalisme                       1870 - 1890
Net als realisme: werkelijkheid weergeven, maar ook op wetenschappelijk manier op zoek naar verklaring voor de realiteit:
=> wat krijg je mee van je familie?
=> invloed van sociaal milieu?
=> invloed van werk milieu?
=> invloed van industriële revolutie?
=> gierigheid van mensen
Émile Zola, Guy de Maupassant!

Slide 11 - Diapositive

Kenmerken
Naturalisme
  • Race, milieu, moment
  • Religie bestaat niet
  • Natuurlijke dialogen
  • Objectieve verteller
  • Geloofwaardig

Le naturalisme (vers 1870-1890) kenmerken:
  • Religie bestaat niet
  • la race, le moment et le milieu
  • Wetenschappelijke analyses
  • Natuurlijke dialogen
  • Hyper gedetailleerde beschrijving van     personen en natuur/setting
  • Echte plaatsen en actuele gebeurtenissen
  • Objectieve verteller
  • Chronologisch/lineair verteld
  • Vaak labiele/hysterische/nerveuze vrouwelijke   hoofdpersoon
  • Verhalen lopen vaak slecht af
Jules Bastien-Lepage - Les Foins (1877)

Slide 12 - Diapositive