H5 P2 Reactievergelijkingen opstellen: Extra

5.2 reactievergelijkingen opstellen
1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
ScheikundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 15 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

5.2 reactievergelijkingen opstellen

Slide 1 - Diapositive

Leerdoelen
1. Je kunt de systematische naamgeving gebruiken om een naam of molecuulformule van een stof te noteren.
2. Je kunt de reactievergelijking van een verbrandingsreactie opstellen.
3. Je kunt een reactievergelijking opstellen op basis van een omschrijving. 

Slide 2 - Diapositive

Triviale naam
In spreektaal gebruiken we triviale namen zoals:
  • Water
  • Alcohol
  • Ammoniak
  • Roest

Slide 3 - Diapositive

Systematische naamgeving
Wereldwijde afspraak: 
Systematische naamgeving  = rationele naam


Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Systematische naamgeving
Stap 1: Noteer de cijfers uit de formule en noteer het juiste telwoord. (Dit doe je niet bij metaaloxiden!!!)
Stap 2: Noteer de symbolen en noteer de naam erachter.
Stap 3: Zet de telwoorden en de namen in de juiste volgorde achter elkaar.

Slide 6 - Diapositive

Opdr 6: N2O
Stap 1: Noteer de cijfers uit de formule en noteer het juiste telwoord.
2 = di       5 = penta

Stap 2: Noteer de symbolen en noteer de naam erachter.
N = stikstof     O = Oxide 

Stap 3: Zet de telwoorden en de namen in de juiste volgorde achter elkaar.

                                                                         distikstofpentaoxide
Doe nu van opdracht 6 de andere zelf

Slide 7 - Diapositive

Molecuulformule
Stap 1: Noteer de naam van de elementen met het symbool erachter.
Stap 2: Zet het bijbehorende cijfer achter het telwoord.
Stap 3: Zet de symbolen met hun index in de juiste volgorde achter elkaar. 

Slide 8 - Diapositive

Opdr. 7  fosfortrichloride
Stap 1: Noteer de naam van de elementen met het symbool erachter.
Fosfor = P    Chloride = Cl

Stap 2: Zet het bijbehorende cijfer achter het telwoord.
tri =3

Stap 3: Zet de symbolen met hun index in de juiste volgorde achter elkaar. 
PCl3


Slide 9 - Diapositive

Reactievergelijkingen opstellen
Voorbeeld: Bij de reactie tussen fosfor en broom ontstaat fosforpentabromide.
Stap 1: Noteer de naam van de elementen met het symbool erachter.
Fosfor = P Bromide = Br

Stap 2: Zet het bijbehorende cijfer achter het telwoord.
penta = 5
Stap 3: Zet de symbolen met hun index in de juiste volgorde achter elkaar.
PBr5

P   + Br2  -->  PBr5     Kloppend maken:
2 P    +  5 Br2  -->  2 PBr5  Doe nu zelf opdracht 10

Slide 10 - Diapositive

Verbrandingen:
Een verbranding is altijd een reactie met zuurstof (O2)

Slide 11 - Diapositive

Stappenplan verbranding
  1. Noteer de molecuulformule van de brandstof
  2. Zet er + O2 --> achter 
  3. Noteer welke elementen in de brandstof zitten en welke verbrandingsproducten erbij horen (tabel 1 blz 73)
  4. Zet achter de pijl de verbrandingsproducten 
  5. Maak de reactie vergelijking kloppend

Slide 12 - Diapositive

Voorbeeld: verbranding methaan
Methaan (CH4) wordt verbrand. 
Stel de reactie vergelijking op

Slide 13 - Diapositive

Opdracht
Bij de verbranding van aluminium ontstaat Al2O3

Geef de kloppende verbrandingsreactie weer

Slide 14 - Diapositive

Opdrachten maken
Maak 6,7,10 t/m 12 blz 84

Klaar? Opdracht 4, 6 en 7, blz 76

Slide 15 - Diapositive