Cette leçon contient 29 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.
La durée de la leçon est: 45 min
Éléments de cette leçon
planning vandaag
Herhaling
uitleg B.s. 6
check
Aan de slag
Slide 1 - Diapositive
Leerdoelen
Je kunt de delen van een tand of kies noemen met hun kenmerken.
Je kunt bij zoogdieren het verband aangeven tussen de voedselkeuze, de lengte van het darmkanaal en de kenmerken en functies van de gebitselementen.
Je kunt omschrijven wat tandplak en tanderosie is.
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Vidéo
Het verteringsstelsel bestaat voor het grootste deel uit een (lang) kanaal van de mond tot de anus. Hoe noemen ze dat kanaal?
Bij vertering worden grotere voedingsstoffen afgebroken tot kleinere verteringsproducten.
slokdarm
Lever + galblaas
Maag
Dunne darm
Dikke darm
Mond
Slide 4 - Question de remorquage
De peristaltische bewegingen vinden plaats in .......
A
De mond, de dikke darm
B
De darmen, de maag en de slokdarm
C
De maag en de
slokdarm
D
De mond en de maag
Slide 5 - Quiz
Verteringssappen bevatten enzymen. Wat zijn enzymen?
A
indicatoren
B
slotjes voor sleutels
C
stoffen die processen versnellen
D
stofjes die het beste werken bij 37 graden
Slide 6 - Quiz
De bouw van je gebit
Tanden en kiezen -> gebitselementen
Wortels -> onderkaak of bovenkaak
Kroon -> Het deel wat we zien
Snijtanden en hoektanden -> afbijten van stukken voedsel
Kiezen -> Fijnmalen van het voedsel
Melkgebit en blijvend gebit
B.s. 6
Slide 7 - Diapositive
Slide 8 - Diapositive
Slide 9 - Diapositive
Slide 10 - Diapositive
Slide 11 - Diapositive
Slide 12 - Diapositive
Planteneters, vleeseters en alleseters
Slide 13 - Diapositive
Wat hoort niet bij planteneters?
A
Lang verteringsstelsel
B
Knipkiezen
C
Plooikiezen
Slide 14 - Quiz
Uit het gebit van een dier kan afgeleid worden wat voor soort voedsel zo’n dier vooral eet. Wat voor soort voedsel zal Bèr vooral gegeten hebben?
A
vooral plantaardig voedsel
B
vooral dierlijk voedsel
C
zowel plantaardig als dierlijk voedsel
Slide 15 - Quiz
Aan de slag
Maak alle opdrachten van 4.6 online.
Slide 16 - Diapositive
Welke kies is in de afbeelding weergegeven?
A
Kies van een alleseter
B
Kies van een planteneter
C
Kies van een vleeseter
Slide 17 - Quiz
In het gebit van een zeehond zitten snijtanden en scherpe kiezen. Een zeehond heeft ook grote hoektanden. Bij welke groep dieren hoort een zeehond?
A
Bij de alleseters
B
Bij de planteneters
C
Bij de vleeseters
Slide 18 - Quiz
Planteneters en alleseters hebben in hun darmen bacteriën. Die helpen bij het verteren van een deel van het voedsel. a Welk soort voedsel wordt door deze bacteriën verteerd? b Welk onderdeel van het voedsel wordt vooral door de bacteriën verteerd?
Slide 19 - Question ouverte
Alleseter
Planteneter
Vleeseter
Carnivoor
Herbivoor
Omnivoor
Hoe worden deze eters ook wel genoemd?
Hoe lang is het darmkanaal in verhouding tot de lichaamslengte?
Middellang
Herbivoor
Omnivoor
Lang
Kort
Carnivoor
Slide 20 - Question de remorquage
Zoogdieren voeden zich met planten en/of met dieren. Welk voedsel is beter verteerbaar: plantaardig of dierlijk voedsel? Leg je antwoord uit.
Slide 21 - Question ouverte
Bij welke schedel is de bovenkaak breder dan de onderkaak? bij schedel 1, 2 of 3?
A
1
B
2
C
3
Slide 22 - Quiz
Bij welk dier is het darmkanaal lang in verhouding tot het lichaam? Bij het dier van schedel 1, 2 of 3?
A
1
B
2
C
3
Slide 23 - Quiz
Bij welke schedel zie je knobbelkiezen? Bij het dier van schedel 1, 2 of 3?
A
1
B
2
C
3
Slide 24 - Quiz
In de tabel staat de samenstelling van het voer van drie huisdieren.
Welk type kiezen hebben de huisdieren? Schrijf het zo op cavia = ....
Slide 25 - Question ouverte
Zijn de puntige kiezen een aanwijzing dat steenmarters vleeseters zijn? En is het korte darmkanaal ook zo'n aanwijzing?
A
Geen van beide zijn een aanwijzing dat steen marters vleeseters zijn.
B
Alleen de scherpe, puntige kiezen
C
Alleen het korte darmkanaal
D
Zowel de scherpe puntige kiezen als het korte darmkanaal
Slide 26 - Quiz
Met welk nummer wordt het tandbeen aangegeven?
A
5
B
11
C
7
D
6
Slide 27 - Quiz
Met welk nummer is het hardste deel van de tand aangegeven?
A
5
B
11
C
3
D
6
Slide 28 - Quiz
Op de afbeelding is een buitenaanzicht van een tand weergegeven. Hoe heet deel 1?