Exploitatiekosten rubriceren

Examen Financieel 2
Boek: Bedrijfseconomisch rekenen 2 hoofdstuk 5 en 6
Bedrijfseconomisch rekenen 3 hoofdstuk 3

Wanneer? Toetsweek periode 4
1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
BedrijfseconomieMBOStudiejaar 2

Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Examen Financieel 2
Boek: Bedrijfseconomisch rekenen 2 hoofdstuk 5 en 6
Bedrijfseconomisch rekenen 3 hoofdstuk 3

Wanneer? Toetsweek periode 4

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoelen
Je kunt:
exploitatiekosten rubriceren.
een bedrijfseconomisch exploitatieoverzicht opstellen.

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat weet je nog van exploitatiekosten rubriceren?

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

De exploitatiekosten verdeel je over de volgende rubrieken:

personeelskosten
huisvestingskosten
verkoopkosten
vervoerskosten
rentekosten
afschrijvingskosten op duurzame bedrijfsmiddelen
algemene exploitatiekosten

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

timer
1:00
Welke kostensoorten ken je?

Slide 5 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat zijn verspillingen?
A
Kosten die nodig zijn
B
Uitgaven die nodig zijn
C
Kosten die onnodig zijn
D
Uitgaven die onnodig zijn

Slide 6 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Opdracht; stel het exploitatieoverzicht op en rubriceer de kosten
De onderneming waar jij voor werkt heeft gegevens verzameld :
  • Je verwacht een consumentenomzet van € 496.100 
  • Brutowinst in procenten van de omzet: 37%
  • Brutoloonkosten: € 49.000
  • Sociale lasten: 30% van de bruto loonkosten
  • Vakantietoeslag: 8% van de bruto loonkosten
  • Huur winkel en magazijn: € 18.000
  • Energiekosten: € 5.400
  • Promotie- en presentatiekosten: 1,5% van de omzet
  • Afschrijvingskosten bedrijfsauto: € 7.500
  • Afschrijvingskosten inventaris: € 2.400
  • Betaalde rentekosten: € 3.400
  • Overige exploitatiekosten: € 21.500





timer
10:00

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Uitwerking oefenvoorbeeld

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is gewaardeerde interest?
A
Het bedrag dat je in loondienst verdient bij een ander
B
Het bedrag dat je aan rente ontvangt van de bank
C
Bedrag dat je misloopt over je geïnvesteerde eigen vermogen
D
Risico dat je als ondernemer loopt

Slide 9 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is gewaardeerd loon?
A
Het bedrag dat je in loondienst verdient bij een ander
B
Het bedrag dat je aan rente ontvangt van de bank
C
Bedrag dat je misloopt over je geïnvesteerde eigen vermogen
D
Risico dat je als ondernemer loopt

Slide 10 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe bereken je het rendement eigen vermogen?
A
Bedrijfsresultaat + gewaardeerd loon
B
Bedrijfsresultaat - gewaardeerd loon

Slide 11 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Op het exploitatiebudget staan:
A
Ontvangsten en uitgaven
B
Opbrengsten en kosten

Slide 12 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Samenwerkingsopdracht
Maak de samenwerkingsopdracht die staat in Its learning bij de tegel Financieel 2
timer
30:00

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 14 - Question ouverte

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.
Wat was top?
Wat was flop?

Slide 15 - Question ouverte

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.