Les 4a en b Week 47

• Duits
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 3,4

Restaurant

Reisen

Les 4a

Was machen wir heute

Kijk en luisteropdracht

Uitleg grammatica Modale verben

Grammatica opdrachten maken

Nakijken

Woordenlijst voor examenteksten Uitleg en opdracht maken

Dialoog Gastronomie

Pak je werkboek blz. 27

Vertaal de woorden eerst naar het Nederlands, gebruik een woordenboek.

Je krijgt 10 minuten, werk samen!

Antworten Wörter

Biergarten = biertuin is de letterlijke vertaling maar ze bedoelen een horecagelegenheid in de openlucht.

Kneipe= kroeg

Weinkeller = wijnkelder

Gastraum = gastenverblijf

Theke= bar

Restaurantleiter = restaurant manager

Inhaberin = eigenaresse

Kneten = kneden

Zapfen = tappen ( biertap)

Aufnehemen = opnemen (bestelling opnemen)

Arbeitsbereiche = werkplekken

Arbeitsalltag = werkdag

Kijk en luisterdeel

Kijk en luister mee! Beantwoord de vragen

tijdens het kijken en luisteren

De vragen op blz. 28

Daarna maak je de opdracht op bladzijde 29

learngerman.dw.com

Antworten Dialoog 

Dialoog

In einem Restaurant.

Terasse/ Küche/ Theke/ Gastraum

Restaurantleiter

Küchencheffin und Inhaberin

Kochen = plaatje 4

Braten = plaatje 5

Waschen = plaatje 1

Kneten = plaatje 2

Schneiden = plaatje 3

00:08

Wat betekent öffentliche Verkehrsmittel?

1. openingstijden voor verkeer
2. openbaar vervoer
3. obenbare rotonde

00:14

Hoeveel kerstmarkten zijn er in Düsseldorf?

1. 3
2. 5
3. 7

00:24

Hoe hoog is het reuzenrad?

1. 55
2. 50
3. 75

00:35

Van hoe laat tot hoe laat is de kerstmarkt door de weeks geopend?

1. 09.00 - 21.00
2. 11.00 - 20.00
3. 10.00 - 21.00

Plattegrond

 Zoek op de volgende site 

op welke 7 themakerstmarken in Düsseldorf te vinden zijn.

https://www.dusseldorfkerstmarkt.nl/

Plattegrond

Schrijf nu op de plattegrond welke kerstmarkt waar is.

Handige zinnetjes voor vrijdag vertalen

Mag ik wat vragen?

Hoeveel kost dat?

Mag ik wat bestellen?

Mag ik een patat met mayo?

Waar vind ik de kerstmarkt?

Waar vind ik een toilette?

Zit er alcohol in?

Ik mag nog geen alkohol

Waar vind ik een pinapparaat?

Luisteropdracht

luister mee! Beantwoord de vragen

tijdens het luisteren

De vragen op blz. 30

Luisteropdracht

Antwoorden blz. 30 luisterfragment

Fragment 1 Plaatje 1/ 2 en 4 zijn juist

Fragment 2 Plaatje 1/ 2 en 4 zijn juist

Modale Verben

Blz. 17 en 18 teksboek 

erbij pakken

An die Arbeit

Maak nu Oefening 7 + 8

Grammatik Seite 26

Jullie krijgen hiervoor 15 minuten.

We kijken het klassikaal na!

Antworten Üburng 5 & 6

Übung 8

1. Ich kann dir nicht helfen

2. Ihr müsst noch viel lernen.

3. Du darfst heute früher nach Hause gehen

4. Er will einkaufen gehen

5. Möchten Sie Kaffee oder Tee?

6. Wir wollen dich nicht stören.

Übung 7

1. muss

2. will

3. muss

4. können

5. möchten

6. kann

7. möchten

8. wollen

9. kann

10. mag

11. muss

12. kannst

13. möchten

Woordenlijsten voor examenteksten Seite 31AB

Seite 10TB

Ga naar blz. 10 van je tekstboek.

Hier vind je de woorden met een positieve strekken.

Maak de oefening op blz. 31 van je werkboek

Woordenlijst voor examenteksten

1. erlaubt = toegestaan

2.. richtig = juist Lösung = oplossing

3. wichtig = belangrijk

4. gelingen = lukken ( staat niet in de woordenlijst)

5. erfolgreich -= succesvol

6. schaffen = voor elkaar krijgen / richtige = juiste

Hausaufgaben

Lernen Seite 8 Textbuch Woorden en vraagwoorden

Volgende week overhoor ik deze in een situatie.

 

Restaurant

Reisen

Les 4b

Was machen wir heute

• Lezen
• Kijk en luisteren oefenen met vo content

An die Arbeit

je krijgt een tekst met daarbij een opdrachtblad en de vragen bij de tekst. Je volgt het opdrachtblad! Je maakt de tekst alleen!!

Vo content

Oefenen voor de kijk en luistertoets

https://mijn.vo-content.nl/examenkracht/niveaus/2/vakken/5

Wörter

doe de boeken dicht!

Ik stel jullie vragen en jullie geven antwoord in het Duits met minimaal 3 woorden!

Antwoorden les 2 Wörter

 Übung 3

Eis

Apfelsaft / Tomatensaft

Bonbons

Pizza

salzig

Wasser

Nudeln / Reis

Kaffee /Tee

Eier

Erbeeren

Übung 4

Frühstück / Mittagessen / Fleisch / Kantine / Abendbrot / Getränk / Bier / Mineralwasser.

Antwoorden les 2 Grammatik

Übung 3

hat

haben

hat

hat

haben

bin

ist

sind

bin

ist

Übung 4

reserviert

gekostet

geredet

telefoniert

gekauft

besucht

gekocht

bestellt

gewählt

geschmeckt

Aan de slag met de Hausaufgaben

Lernen Seite 4 und 5 Textbuch Woorden en vraagwoordenVolgende week overhoor ik deze in een situatie.

Les 3 is helamaal af! 

Lesen Grammatik und Wörter 

Seite 17 t/m 22

 

Spreken oefenen

Jullie krijgen allemaal een kaartje met een vraag of een antwoord. Zoek degene die het antwoord op jouw vraag heeft of de vraag bij jouw antwoord

Als iedereen zijn duo gevonden heeft gaan we het verhaal in de juiste volgorde zetten 

na deze les

moet ik nog meer oefenen met het voltooid deelwoord

Snap ik hoe ik het voltooid deelwoord maak

kan ik het ook aan iemand anders uitleggen

Snap ik het nog niet en wil nog meer uitleg

Het rad geeft aan wie de klant is.

Ik ben de serveerster, ik stel een vraag, de klant die aan de beurt is geeft antwoord. Seite 7 und 8 als je het echt niet meer weet.