Redekundig ontleden (herhaling klas 2)

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

Redekundig
ontleden

Wat is de persoonsvorm?
Redekundig ontleden is het favoriete onderdeel van 3H1.

1. is
2. Redekundig ontleden

Wat is het onderwerp?
Enkele leerlingen uit 3H1 zijn op uitwisseling.

1. leerlingen
2. Enkele leerlingen
3. leerlingen uit 3H1
4. Enkele leerlingen uit 3H1

Wat is het werkwoordelijk gezegde?
In de voorgaande jaren heeft 3H1 al veel uitleg gehad over de zinsdelen.

1. heeft
2. heeft gehad

Wat is het lijdend voorwerp?
Mevrouw Van Noorloos heeft een dik boek gelezen in de vakantie.

1. Mevrouw Van Noorloos
2. boek
3. een dik boek

Heeft de zin een wwg of een nwg?
Mevrouw Van Noorloos is docent Nederlands geworden.

1. werkwoordelijk gezegde
2. naamwoordelijk gezegde

Wat is het meewerkend voorwerp?
Ik heb een knuffel aan Julan gegeven.

1. Ik
2. een knuffel
3. heb gegeven
4. aan Julan

Redekundig ontleden klas 2

• Persoonsvorm
• Zinsdeelstrepen
• Onderwerp
• Werkwoordelijk en naamwoordelijk gezegde
• Lijdend voorwerp
• Meewerkend voorwerp
• Bijwoordelijke bepaling
• Bijvoeglijke bepaling
• Enkelvoudige en samengestelde zinnen

Opdracht 1

Benoem de persoonsvorm, zet zinsdeelstrepen, benoem het onderwerp, het werkwoordelijk gezegde, het lijdend voorwerp en het meewerkend voorwerp.

Kahoot!

Over de persoonsvorm, het onderwerp, het werkwoordelijk gezegde, het lijdend voorwerp en het meewerkend voorwerp

Opdracht 2

Benoem de persoonsvorm, zet zinsdeelstrepen, benoem het onderwerp, het werkwoordelijk gezegde, het naamwoordelijk gezegde, het lijdend voorwerp, het meewerkend voorwerp en de bijwoordelijke bepaling.

Let op: de bijvoeglijke bepaling hoeft nog niet!

Bijvoeglijke bepaling

Een bijvoeglijke bepaling:

• is geen apart zinsdeel, maar komt binnen een zinsdeel voor;
• zegt iets over het ZN in dat zinsdeel;
• kan uit één woord bestaan, maar ook uit meerdere.

Bijvoorbeeld: 

Het huis van de buren is erg mooi geworden.

De snackbar op de hoek heeft smerige ramen. 

Wat is de bijvoeglijke bepaling?
De slaapkamer van het meisje is roze.

1. van het meisje
2. van het meisje, roze
3. roze

Wat is de bijvoeglijke bepaling?
Haar fiets staat in de grote fietsenstalling.

1. haar
2. grote
3. haar, grote

Wat is de bijvoeglijke bepaling?
Op een klein eiland in de Atlantische Oceaan woont een Zweedse familie.

1. klein
2. klein, in de Atlantische Oceaan
3. in de Atlantische Oceaan, Zweedse
4. klein, in de Atlantische Oceaan, Zweedse

Wat is de bijvoeglijke bepaling?
Mijn tante zorgt voor de kat van de buren.

1. van de buren
2. Mijn
3. Mijn, van de buren

Kahoot!

Over de bijvoeglijke bepaling