5.1 Aan de slag + oefenvragen

Wat gaan we vandaag doen?

  • Aftekenen WJHN en paragraaf 5.1
  • Bespreken opdrachten weet je het nog?
  • Bespreken opdrachten 5.1
  • Oefenvragen 5.1
  • Huiswerk doorgeven
1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Wat gaan we vandaag doen?

  • Aftekenen WJHN en paragraaf 5.1
  • Bespreken opdrachten weet je het nog?
  • Bespreken opdrachten 5.1
  • Oefenvragen 5.1
  • Huiswerk doorgeven

Slide 1 - Diapositive

Wat staat er NIET in een arbeidsovereenkomst?
A
werktijden
B
loon
C
pensioen-afspraken
D
vakantiedagen

Slide 2 - Quiz

Van je brutoloon betaalt je werkgever loonbelasting en
A
verzekeringspremies
B
winstbelasting
C
vermogenbelasting

Slide 3 - Quiz

Hoe heet het loon dat de werknemer ontvangt als het inkomen is verminderd met de inhoudingen?
A
brutoloon
B
totale loon
C
nettowinst
D
nettoloon

Slide 4 - Quiz

Van je brutoloon worden je verzekeringspremies betaald
A
Juist
B
Onjuist

Slide 5 - Quiz

Als je werknemer bent:
A
Krijg je brutoloon uitbetaald
B
betaal je verzekeringspremies
C
hoeft je werkgever niet voor veiligheid te zorgen

Slide 6 - Quiz

Mireille is verkoopster in een juwelierszaak.
Waar moet de werkgever van Mireille volgens de Arbowet op letten?
A
Dat ze voldoende pauze heeft.
B
Dat ze er goed verzorgd uitziet.
C
Dat de etalage goed beveiligd is.
D
Dat ze op een gezonde manier kan werken.

Slide 7 - Quiz

Wat houdt een deeltijdbaan in?
A
Je werkt minder dan het volledige aantal uren.
B
Je werkt het volledige aantal uren.

Slide 8 - Quiz

Wat houdt een voltijdbaan in?
A
Je werkt het volledige aantal uren.
B
Je werkt minder dan het volledige aantal uren.

Slide 9 - Quiz

Wat doet een vakbond?
A
Komt op voor de belangen van werknemers en werkgevers
B
Komt op voor de belangen van werkgevers
C
Komt op voor de belangen van werknemers en onderhandelt met werkgevers over de CAO.
D
Komt op voor de belangen van werkgevers en onderhandelt met werkgevers over de CAO.

Slide 10 - Quiz

Wat staat er in de Arbeidstijdenwet?
A
Wet waarin de regels staan over werktijden
B
Wet waarin de regels staan over rusttijden
C
Wet waarin de regels staan over lonen en vakantiedagen
D
Wet waarin de regels staan over werktijden én rusttijden

Slide 11 - Quiz

Wie controleert de Arbowet en Arbeidstijdenwet?

Slide 12 - Question ouverte

Wat is de Arbowet?
De werkgever moet ervoor zorgen dat....
A
werknemers hun werk veilig kunnen uitvoeren en hiervan niet ziek worden.
B
werkgevers hun werk veilig kunnen uitvoeren en hiervan niet ziek worden.

Slide 13 - Quiz

In welke wet staan regels over werktijden?
A
Algemene Ouderdomswet
B
Arbeidstijdenwet
C
Arbeidsomstandighedenwet
D
Wet Minimumjeugdloon

Slide 14 - Quiz

Hoe heet het loon dat de werknemer ontvangt als het inkomen is verminderd met de inhoudingen?
A
brutoloon
B
totale loon
C
nettowinst
D
nettoloon

Slide 15 - Quiz

Nettoloon =
A
brutoloon - (loonbelasting + sociale premies)
B
brutoloon - loonbelasting
C
brutoloon - sociale premies
D
brutoloon

Slide 16 - Quiz

Je brutoloon is €1.850. Daarop wordt €165 aan loonbelasting en €92 aan sociale premies ingehouden. Wat is je nettoloon?

Slide 17 - Question ouverte

Wat is de afkorting van de Arbeidsomstandighedenwet?
A
AOW
B
ABW
C
Arbowet
D
AWBZ

Slide 18 - Quiz


Huidige mood
😒🙁😐🙂😃

Slide 19 - Sondage

Huiswerk voor maandag
Lezen leerteksten 5.2 (blz. 136 t/m 139)

Vraag bij je ouders na bij welk bedrijf ze werken
en welke ondernemingsvorm dit bedrijf heeft.

Slide 20 - Diapositive