4.4 Planten en dieren

4.4 Planten en dieren
1 / 34
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

Cette leçon contient 34 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

4.4 Planten en dieren

Slide 1 - Diapositive

Leerdoelen
  • Je kan planten indelen door te kijken naar de bouw en de manier van voortplanten
  • Je kan dieren indelen door te kijken naar de symmetrie en het skelet 

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Planten ordenen
Eencellig of meercellig
Meercellige planten bestaan uit weefsels 
en organen;
  • wortels
  • stengels
  • vaten
  • bladeren
  • bloemen

Slide 5 - Diapositive

Planten ordenen op voortplanten
Zaadplanten                                                              Sporenplanten

Slide 6 - Diapositive

Vaatplanten en mossen
Meercellige planten met vaten zijn vaatplanten

Mossen hebben geen vaten en horen daardoor niet bij de vaatplanten

Slide 7 - Diapositive

Wieren (algen)
  • Kunnen een- op meercellig zijn
  • Geen wortels, stengels en bladeren
  • Eencellige wieren planten zich voort door deling
  • Meercellige planten zich voort d.m.v. sporen

Slide 8 - Diapositive

Indeling van planten

Slide 9 - Diapositive

Dieren ordenen
Symmetrie                                                            Skelet
Tweezijdig (vaakst)                                           Uitwendig
Veelzijdig                                                               Inwendig
Niet-symmetrisch

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Indeling dierenrijk
  1. Sponsdieren (sponzen)
  2. Neteldieren (holtedieren)
  3.  Wormen
  4. Weekdieren
  5. Geleedpotigen
  6. Stekelhuidigen
  7. Gewervelden

Slide 14 - Diapositive

Aan het werk
Maak de volgende opdrachten van 4.4:
1 t/m 3  en 5 t/m 8

Slide 15 - Diapositive

Mossen hebben bladeren
A
Juist
B
Onjuist

Slide 16 - Quiz

Varens hebben bloemen
A
Juist
B
Onjuist

Slide 17 - Quiz

Wieren hebben wortels
A
Juist
B
Onjuist

Slide 18 - Quiz

Zaadplanten hebben vaten
A
Juist
B
Onjuist

Slide 19 - Quiz

Welke groep planten behoort NIET tot de vaatplanten?
A
paardenstaarten
B
varens
C
wieren
D
zaadplanten

Slide 20 - Quiz

Is een sterremos een sporenplant of een zaadplant?
A
sporenplant
B
zaadplant

Slide 21 - Quiz

Op wat voor manier is een
zwaluw symmetrisch?
A
niet-symmetrisch
B
tweezijdig symmetrisch
C
veelzijdig symmetrisch

Slide 22 - Quiz

Wat voor skelet heeft dit dier?
A
geen skelet
B
inwendig skelet
C
uitwendig skelet

Slide 23 - Quiz

Wat voor skelet heeft dit dier?
A
geen skelet
B
inwendig skelet
C
uitwendig skelet

Slide 24 - Quiz

Wat voor skelet heeft dit dier?
A
geen skelet
B
inwendig skelet
C
uitwendig skelet

Slide 25 - Quiz

Wat voor skelet heeft dit dier?
A
geen skelet
B
inwendig skelet
C
uitwendig skelet

Slide 26 - Quiz

Wat voor skelet heeft dit dier?
A
geen skelet
B
inwendig skelet
C
uitwendig skelet

Slide 27 - Quiz

Welke symmetrie heeft een egel?
A
tweezijdig
B
veelzijdig
C
niet-symmetrisch

Slide 28 - Quiz

Geen skelet
Inwendig skelet
Uitwendig skelet
Wormen
Vissen
Geleedpotige dieren

Slide 29 - Question de remorquage

Sleep de passende stam naar het juiste dier.
Sponsdieren
Neteldieren
Weekdieren
Stekelhuidigen
Geleedpotigen
Gewervelden

Slide 30 - Question de remorquage

Tot welke stammen
behoren Sponsebob
en Patrick?
A
Patrick: stekelhuidige Sponsebob: neteldieren
B
Patrick: weekdieren Sponsebob: sponsen
C
Patrick: stekelhuidige Sponsebob: wormen
D
Patrick: stekelhuidige Sponsebob: sponsen

Slide 31 - Quiz

Tot welke stam behoort
dit dier?
A
Sponzen
B
Wormen
C
Neteldieren
D
Weekdieren

Slide 32 - Quiz

Tot welke stam behoort
dit dier?
A
Sponzen
B
Weekdieren
C
Stekelhuidigen
D
Gewervelden

Slide 33 - Quiz

Tot welke stam behoort
dit dier?
A
Wormen
B
Geleedpotigen
C
Stekelhuidigen
D
Gewervelden

Slide 34 - Quiz