Oncologische zorgvrager

De Oncologische Zorgvrager
1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 5 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

De Oncologische Zorgvrager

Slide 1 - Diapositive

Celgroei
Mens is opgebouwd uit cellen, deze cellen delen/vermeerderen zich, erfelijkheid is hierbij een belangrijke factor.

Door invloeden kan deze celdeling ongeremd worden 
  1. Benigne = goedaardig
  2. Maligne = kwaadaardig (carcinoom/sarcoom)



Slide 2 - Diapositive

Wat weet je van kanker?

Slide 3 - Carte mentale

Kanker

Kanker is een verzamelnaam voor kwaadaardige tumoren en/of celvorming.
Afhankelijk van de plek vanuit waar het groeit heeft het een typering gekregen

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Vidéo

Slide 6 - Diapositive

Verschillende typen/oorsprong
  • Sarcoom: kwaadaardig, gaat uit van steunweefsel (bind-, beenweefsel,    kraakbeen)
  • Carcinoom: kwaadaardig, gaat uit van dekweefsel/ epitheelcellen (huid        en slijmvliezen)
  • Glioom, goed/kwaadaardig, hersencellen
  • Hematologische kanker: gaat uit van het bloedcellen
  • Melanoom: gaat uit van moedervlekken of het oog
  • Lipoom: goedaardig, vetweefsel
  • Myoom: goedaardig. spierweefsel

Slide 7 - Diapositive

Benigne


  • cellen tumor lijken op weefsel waaruit het is ontstaan
  • langzame groei
  • houden zich aan anatomische grenzen
  • meestal gemakkelijk te verwijderen
  • zaaien niet uit

Maligne


  • cellen tumor lijken niet meer op weefsel waaruit het is ontstaan
  • groeien vaak snel
  • houden zich niet aan anatomische grenzen
  • moeilijker te verwijderen door onzichtbare uitlopers
  • zaaien vaak uit (Metastasen)

Slide 8 - Diapositive

Uitzaaiing


  • Uitzaaiing van een tumor heet een metastase.

Metastasen verspreiden zich door het lichaam via:

  • lymfebanen (lymfogene metastasen)
  • bloedvaten (hematogene metastasen)
  • uitzaaien naar vrije buikholte of pleuraholte






Slide 9 - Diapositive

Welke oorzaken van kanker ken je?

Slide 10 - Question ouverte

Oorzaken
  • erfelijkheid
  • leefstijl: roken/alcohol/voeding/bewegen/obesitas
  • chemische stoffen (asbest/cytostatica)
  • milieuverontreiniging, chemicaliën
  • Straling
  • chronische ontstekingen

Slide 11 - Diapositive

Signalen van kanker
  • gewichtsverlies, vermoeidheid, slecht uit zien
  • veranderingen bij plassen
  • verandering ontlasting
  • verdikking/knobbel in lichaam
  • blijvende heesheid of hoest, bloed ophoesten
  • slikklachten
  • moedervlekken en huidplekjes die veranderen
  • een plekje dat schilfert of bobbeltje op de huid
  • vrouw > ongewoon bloedverlies/afscheiding, man> pijn of verandering zaadballen 

Slide 12 - Diapositive

Onderzoeken
  • anamnese/lichamelijk onderzoek
  • bloedonderzoek
  • radiologische onderzoek (röntgen/ct/mri/echo)
  • nuclaire onderzoek (PETscan/botscan)
  • scopie
  • biopt afnemen (PA-diagnose)


Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Vidéo

TNM systeem

T = Tumor (T1-T4)

N = aan lymfekliermetastasen (N0- N2)

M = metastasen op afstand (M0- M1) 


Dit geeft het stadium van de ziekte aan.


Slide 15 - Diapositive

Behandeling

  • Curatief = genezend
  • Palliatief = verlichtend
  • adjuvant = aanvullend op curatief (bestraling na operatie)
  • neo-adjuvant = voorafgaand (aan bijvoorbeeld een operatie)





Slide 16 - Diapositive

Meest voorkomende behandeling

  • Operatie
  • Chemotherapie (met cytostatica)
  • Hormonale therapie
  • Radiotherapie (bestraling) in of uitwendig







Slide 17 - Diapositive

Chemotherapie
Welke toedieningsvormen zijn er:
  • per infuus
  • via injectie
  • tablet

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Vidéo

Bijwerkingen chemotherapie
  • problemen spijsvertering: misselijkheid/braken/diarree/obstipatie/stomatitis
  • dun of uitvallend haar
  • vermoeidheid
  • beenmergsupressie (tekort bloedcellen en bloedplaatjes)
  • invloed op vruchtbaarheid
  • huidveranderingen


Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Vidéo

Verpleegkundige aandachtspunten
  • Pijnbestrijding
  • ondersteuning bij voeding
  • zorg voor en na behandelingen
  • ondersteunen bij gevolgen van de behandelingen zoals:
  • kleine porties eten/pruik/zachte tandenborstel/prothese
  • Bescherming bij uitscheidingsproducten 
  • Psychische en sociale ondersteuning

Slide 22 - Diapositive

Wat versta je onder palliatieve zorg?

Slide 23 - Carte mentale

De laatste levensfase

Bij palliatieve of terminale zorg is de zorg niet meer gericht op genezing, maar op een zo hoog mogelijke kwaliteit van leven voor de zorgvrager.

Slide 24 - Diapositive

Belangrijke aandachtspunten
Fysieke aspecten: pijnbestrijding
                                       houding in bed/stoel
                                       uitscheiding
                                       vermoeidheid
Voeding: wens voeding, wat vind iemand lekker
Sedatie: probeer zaken als palliatieve sedatie evnt                                                bespreekbaar te maken

Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Vidéo